Vertrekkende Timmer vulde het gat dat Dudek achterliet

In zijn eerste twee seizoenen stond de positie van Timmer nauwelijks ter discussie in Rotterdam. In een zwalkende ploeg was de doelman een van de weinige lichtpuntjes. In de huidige jaargang is er wél veel kritiek op de prestaties van Timmer. De mededeling van Feyenoord dat hij dient te vertrekken, komt dan ook niet echt als een verrassing.

Uit de statistieken valt overigens niet op te maken dat Timmer veel slechter presteert dan een jaar eerder. In de vorige jaargang leverden twaalf van de honderd doelpogingen van Feyenoords tegenstanders een doelpunt op, dit seizoen is het veertien van de honderd keer raak.

Waar Timmer de afgelopen twee seizoenen telkens goed was voor 32 competitie-optredens, was van zijn voorgangers Dudek de laatste die meer dan dertig keer onder de lat stond in een Eredivisie-seizoen. De Pool was vier jaar lang de onomstreden nummer 1 van Feyenoord. Zijn opvolgers verging het minder goed.

Edwin Zoetebier kon aanvankelijk nog goed overweg met de erfenis van Dudek. Hij keepte 29 duels in het seizoen 2001/02, toen Timmer als huurling van AZ de reservebank warm hield. Een jaar later verloor Zoetebier zijn plaats aan Patrick Lodewijks. Tijdens de jaargang 2003/04 speelde Zoetebier weer iets meer dan Lodewijks; negentien om vijftien basisplaatsen.

In de zomer van 2004 haalde Feyenoord Gábor Babos binnen. Hoewel de Hongaar 24 keer in de basis begon, won hij nooit het onvoorwaardelijke vertrouwen van trainer Ruud Gullit. Na één seizoen werd Babos al verhuurd aan NEC, waarna de nieuwe coach Erwin Koeman weer teruggreep op Lodewijks. De huidige keeperstrainer bij de Rotterdammers maakte op zijn beurt plaats voor Timmer.

• Meer over

• Feyenoord