'Heel veel meiden van Oranje zouden graag in Nederland willen spelen'

Oranje is een magneet waar vrijwel alle andere landen bewonderend naar kijken. De KNVB ziet de vrouwelijke leden met duizenden toestromen. Het wachten is dus op een sterkere en betere nationale competitie. 'In Spanje lijkt het net andersom te gaan. Dat is wel apart, daar gaat het gek genoeg heel snel met het clubvoetbal, maar minder met de nationale ploeg', zegt Van Dongen.

De linksback van Real Betis weet waar de steun vandaan komt. 'Daar doet La Liga het en die nemen het serieus. Ook de overheid helpt, de Spaanse regering geeft bijvoorbeeld belastingvoordeel aan sponsors die in vrouwenvoetbal investeren. In Spanje wordt, vooral daardoor, nu al veel beter betaald dan hier. Je kunt het echt nauwelijks vergelijken. En het wordt daar veel beter geregeld.'

De KNVB heeft in samenwerking met de clubs een deltaplan opgesteld om het vrouwenvoetbal op clubniveau eindelijk in de slipstream van Oranje te krijgen. Van Dongen juicht dat alleen maar toe. 'Ik maak me wel enigszins zorgen over de Eredivisie. Een paar clubs is goed bezig, maar over de hele lijn is het mager. Ik denk dat er wel een vuurtje is gaan branden bij de KNVB en de clubs. Dat moet ook, want de topclubs en de Eredivisie zijn nog niet professioneel genoeg. Nu is er in de positieve zin veel te doen rond Oranje, maar ik denk dat vrouwenvoetbal wekelijks nieuws kan worden.'

De groei van de clubs in de Eredivisie voor vrouwen kan ook leiden tot een terugkeer van de Oranje-sterren. 'Ik weet dat heel veel meiden van Oranje graag in Nederland zouden willen spelen. Hoe cool zou het zijn als de Oranje Leeuwinnen ook weer in eigen land gaan voetballen? Dat je Martens, Miedema en weet-ik-veel-wie hier kan gaan bekijken. Dan komen de mensen wel. Nu kent het grote publiek de speelsters uit de Eredivisie niet of nauwelijks. Ik denk dat het nog niet te laat is om iets te veranderen en om straks de echte sterren hier te hebben.'

• Meer over

• Nederland Vrouwen