João Teixeira snapt niets van bijnaam Feyenoord: 'Ik zie juist veel techniek'
© Pro Shots
PRO

João Teixeira snapt niets van bijnaam Feyenoord: 'Ik zie juist veel techniek'

In eigen land noemden ze hem ‘de nieuwe Deco’, Steven Gerrard werd verliefd op zijn spel en haalde hem naar Liverpool, maar zijn schoudertjes waren nog niet sterk genoeg die druk te dragen. Nu wel. João Teixeira (27) is klaar om bij Feyenoord het beste seizoen uit zijn leven te spelen. ‘Ik hoor dat deze club als bijnaam The Workers heeft. Wat een onzin.’

Voor het eerst sinds zijn komst naar De Kuip, moet João Teixeira zich weer even in Portugal hebben gewaand. Feyenoord-Sparta Rotterdam voltrok zich afgelopen zondag volgens een scenario zoals dat gaat in de Primeira Liga: de topclub heeft de bal, de tegenstander trekt zich terug, houdt de ruimtes compact en probeert via een paar counters een resultaat mee te nemen. Teixeira zeurt er niet over, maar naar dat type voetbal had hij geen heimwee. ‘Voetballen in Nederland blijft funny.’

Leg uit.

‘De intentie van de meeste teams in de Eredivisie is proberen wedstrijden te winnen. Wat je dan krijgt, zijn ruimtes op het veld, alles ligt wijd open. In Tilburg winnen we met 4-1 van Willem II, tegen ADO Den Haag wordt het 4-2… Ik weet zeker dat in andere landen mensen anders naar voetbal kijken. In Portugal zie je zulke uitslagen niet vaak, doordat de clubs onder de topdrie de intentie hebben geen doelpunten tégen te krijgen. Die vallen niet aan, maar vangen op, trekken een verdedigingslinie op en nodigen de tegensgander uit er maar een oplossing voor te vinden. Da’s een andere manier.’

Ook een succesvolle.

‘Ja, zo is Portugal Europees kampioen geworden. Onze cultuur staat voor mooi voetbal, maar een ding vinden we nog net iets belangrijker: winnen. Veel Portugese coaches nemen 0-0 dan ook als uitgangspunt en ik snap dat wel, zeker als je bijvoorbeeld een groot toernooi speelt. In een competitie, gedurende een heel seizoen, kun je je nog weleens een off-day permitteren, maar dat kan niet als je maar zeven wedstrijden hoeft te spelen om Europees of wereldkampioen te kunnen worden. Een slecht moment en het kan voorbij zijn. Als je dan vasthoudt aan een clean sheet, heb je in ieder geval een punt. En als je dan in staat bent zelf te scoren, maakt het de kans op een resultaat procentueel gezien groter. Het is in ieder geval heel effectief.’

Het valt me op dat het in Nederland allemaal vrij jong is en dus automatisch ook heel enthousiast en naar voren gericht

Maar is het ook leuk?

‘Voor mij minder, ik val liever aan. Gelukkig probeerden we bij mijn vorige club Vitória Guimarães dat ook te doen, speelden we in een zeer offensief systeem waarin ik met mijn kwaliteiten prima paste. Vitória deed ‘t eigenlijk op een Nederlandse manier, maar veel andere clubs in Portugal kiezen voor zekerheid. Die gedachte wordt ook ingegeven door de samenstelling van de selecties. In Portugal lopen veel oudere, ervaren spelers, die wel weten hoe je een punt pakt tegen topteams. Dát is het grote verschil met hier. Het valt me op dat het in Nederland allemaal vrij jong is en dus automatisch ook heel enthousiast en naar voren gericht. Maar dit alles zorgt er wel voor dat ik me ook in het veld snel thuis voel. Funny.

'Als jong talent namens Liverpool in actie tegen West Ham United. ‘Ik vind het een voorrecht dat ik onder Jürgen Klopp heb mogen werken.'
'Als jong talent namens Liverpool in actie tegen West Ham United. ‘Ik vind het een voorrecht dat ik onder Jürgen Klopp heb mogen werken.'

Hebben Bruno Martins Indi met wie je bij FC Porto speelde en Ola John, die jouw ploeggenoot was bij Guimarães, gelijk?

‘Dat ik goed in Nederland pas als voetballer? Ik weet bijna zeker dat ze gelijk hebben. Zowel in als buiten het veld heb ik vrij snel mijn draai gevonden. Grootste voordeel, is dat dat ik de Engelse taal beheers. Ik was zeventien toen ik bij Liverpool kwam te spelen en dan word je gedwongen je aan te passen. Ik pikte het Engels snel op en dat maakt alles makkelijker. Later ben ik nog even bij Brighton & Hove Albion geweest op huurbasis. Taal helpt altijd en dat maakte dat ik in Rotterdam ook weinig problemen heb ondervonden, want Nederland is een land waar de mensen eigenlijk allemaal Engels spreken. Wanneer je dan, zoals in mijn geval, ook nog eens je vriendin en je dochter bij je hebt, bestaan er geen excuses meer. Dan ligt het aan jezelf, dan moet je het gewoon op het veld laten zien dat je ook op voetbalgebied snel aansluiting vindt.’

Je bent een klassieke nummer 10, maar speelt bij Feyenoord vanaf de linkerkant. Ook bij Brighton deed je het op die manier, als een van twee aanvallende middenvelders.

‘Ik kan er spelen, omdat de beginopstelling alleen op papier bestaat. Bij Feyenoord krijg ik de ruimte om tussen de linies te komen. Dat zag je tegen Willem II goed, dat Mark Diemers zich dan iets laat inzakken en ruimte maakt. Ik vind trouwens dat we elkaar snel begrepen op het veld. Vergeet niet dat het mijn eerste wedstrijd in de basis was, hè. Ik was daarvóór een keer ingevallen en voor de rest hebben we alleen getraind. Zo’n eerste wedstrijd is toch altijd even afwachten, hoe het zich ontwikkelt. Je kijkt om je heen: Wat doet hij als ik dít doe? Hoe positioneer ik me ten opzichte van die of die speler? Misschien was het in het begin even onwennig tegen Willem II, maar zeker na de rust in Tilburg vonden we elkaar. Hoe we toen voetbalden, met korte combinaties, veel beweging en volop kansen die we creëerden… Ja, dat is het voetbal zoals ik het graag speel.’

'Goals zijn heilig, alleen hoef ik ze niet per se zelf te maken'

Ben je een scorende middenvelder?

‘Normaliter wel, maar scoren is voor mij ook een assist geven op een goal. Die telt voor mij net zo zwaar. Ik heb zeker vorig seizoen bij Vitória acht doelpunten gemaakt voor een middenvelder, terwijl ik niet alles heb gespeeld. Ik besef dat dit ook bij Feyenoord van me wordt gevraagd, alleen ben ik net zo tevreden als ik, zoals tegen Willem II, met twee assists ook van waarde kan zijn. Goals zijn heilig, alleen hoef ik ze niet per se zelf te maken. Het gaat om het team, dat is altijd belangrijker dan het individu.’

Feyenoord staat erom bekend dat de kracht van het team de som der delen is.

‘Ik hoor dat Feyenoord als bijnaam The Workers heeft. De arbeiders? Dat het een club is die het van hard werken moet hebben.Wat een onzin. Volgens mij begint sowieso alles daarmee, maar als ik zo om me heen kijk tijdens wedstrijden en trainingen, waag ik dat toch te betwijfelen. Ik zie juist heel veel kwaliteit, veel techniek en overzicht. Als ik kijk naar jongens zoals Marco Senesi, Steven Berghuis, Mark Diemers, Orkun Kökcü, Jens Toornstra… Er zit veel voetbal in, terwijl we defensief ook sterk zijn en op de backposities ook nog snelheid hebben. Ik wil toch nog even terug naar dat duel met Willem II, waarin we bij vlagen lekker combineerden en de wedstrijd volledig onder controle hadden. Vanaf de buitenkant ziet dat er dan eenvoudig uit, hè. Alsof de tegenstander het allemaal toestaat, maar dat is het gevolg van ons goede spel. Wij hadden de bal, de controle. Wij lieten Willem II er slecht uitzien, terwijl ik op het veld wel merkte dat zij een goede ploeg hebben.’

'Als ik naar Feyenoord kijk, zie ik een ploeg waarvan het in ieder geval moeilijk winnen is'

Wat weet je van de concurrentie: Ajax, PSV en AZ?

‘Dat het topclubs zijn en dus over kwalitatief sterke spelers beschikken. En dat het een heel zwaar seizoen gaat worden, waarin we veel wedstrijden spelen, achter elkaar in korte tijd. De key tot succes is dan meer één ding: consistentie. Zorgen dat je de minste fouten maakt en daarmee de meeste wedstrijden wint, of tenminste niet verliest. Wie dat het best uitvoert, wordt kampioen. Als ik dan naar Feyenoord kijk, zie ik een ploeg waarvan het in ieder geval moeilijk winnen is. Maar zelf kunnen we met onze kwaliteiten altijd doelpunten maken en ook nog eens goed voetbal spelen. Als we dat weten, moeten we er ook in geloven. Dat vind ik net zo belangrijk, dat je vertrouwen en gelóóf hebt dat je kampioen kunt worden. Ik kan geen reden bedenken waarom ik er dan niet in zou mogen geloven.’

Je bent 27 jaar en hebt in je carrière al zestien trainers versleten, van Jürgen Klopp tot Nuno Esperito Santo, van Luis Castro en Ivo Vieira tot nu Dick Advocaat.

‘Ik ben zelf de tel een beetje kwijtgeraakt, maar het zou zomaar kunnen. Het is de consequentie als je veel onderweg bent geweest, hè. Ik ben nu een ervaren speler, maar heb nog nooit echt lang voor een en dezelfde club op het hoogste niveau gespeeld. Maar wat het me in ieder geval wel heeft opgeleverd, is ervaring. De meeste trainers die ik heb gehad, waren goede trainers, zeker ook in Portugal.’

'Dick Advocaat is rechtdoorzee, eerlijk en oprecht. Als je dat hebt als trainer, heb je geen problemen met spelers'

Hoe komt het dat er ineens zoveel goede trainers uit Portugal komen?

‘Ik heb er geen pasklaar antwoord op, maar ik denk dat het komt doordat de nieuwe generatie trainers zich nog meer verdiept in voetbal en dat gecombineerd met de voetbalcultuur die we al hadden. Er is de laatste tien jaar inderdaad een groot aantal jonge Portugese trainers doorgebroken, maar de oude generatie is ook nog steeds succesvol, kijk maar naar Fernando Santos, een toptrainer. Wat me opviel bij de coaches die ik heb gehad, was hun oog voor detail en vasthoudendheid. Ze geloofden allemaal in hun manier van werken en weken er niet van af. Dick Advocaat is ook zo’n trainer: rechtdoorzee. Eerlijk mens en oprecht, los nog van de manier waarop hij ons voorbereidt en laat trainen. Als je dat hebt als trainer, heb je geen problemen met spelers.’

'Als ik kijk naar jongens zoals Marco Senesi, Steven Berghuis, Mark Diemers, Orkun Kökcü, Jens Toornstra… Er zit veel voetbal in, terwijl we defensief ook sterk zijn en op de backposities ook nog snelheid hebben'
© Pro Shots
'Als ik kijk naar jongens zoals Marco Senesi, Steven Berghuis, Mark Diemers, Orkun Kökcü, Jens Toornstra… Er zit veel voetbal in, terwijl we defensief ook sterk zijn en op de backposities ook nog snelheid hebben'

Wat maakt Jürgen Klopp anders dan andere trainers?

‘Ik heb niet veel gespeeld onder Klopp, maar toch gaf hij je het gevoel dat je erbij hoorde. In de manier waarop Liverpool voetbalt, herken je de hand van de trainer, de energie, het enthousiasme, de discipline – dát is Klopp. Hij is een ongekend goede motivator en geeft zijn spelers altijd een fijn gevoel. Maar hij is tegelijkertijd wel echt de baas. Ik kan me nog herinneren dat hij altijd tegen ons zei: “Ik ben jullie vriend, maar nooit je béste vriend”. Toch net dat beetje afstand bewaren om harde beslissingen te kunnen nemen. Ik vind het een voorrecht dat ik onder die man heb mogen werken.’

'Ik ging op zoek naar het waarom achter bepaalde dingen. Waarom speelden we dat systeem? Waarom trainden we op die manier?'

Je hebt zelfs je trainersdiploma gehaald. Waarom nu al tijdens je carrière?

‘Omdat misschien ooit... Dat is de reden. Daarbij had ik er ook de tijd voor het te doen en, misschien nog wel belangrijker: ik wilde meer weten over voetbal, over tactiek, trainingen, teamprocessen. Tot een jaar of twee geleden was ik echt een voetballer. Ik trainde en speelde, dat was het. Ik speelde gewoon graag en dacht er verder niet bij na. Maar ineens trad er een verandering in. Ik ging op zoek naar het waarom achter bepaalde dingen. Waarom speelden we dat systeem? Waarom trainden we op die manier? Ik ben in Portugal de eerste trainerscursus gaan volgen en heb intussen mijn diploma gehaald. Ik merk nu de voordelen, want ik begrijp voetbal beter.’

Is dat het gevolg van ouder worden?

‘Je gaat anders tegen dingen aankijken. Ik weet nu dat ik in mijn carrière misschien niet altijd de beste keuzes heb gemaakt, maar ja, dat is achteraf. Misschien ben ik wel te jong naar Liverpool gegaan, de stap vanuit de Portugese competitie naar het Engelse voetbal was te groot. Ik sprak de taal nog niet goed genoeg, moest wennen aan de cultuur en andere manier van leven, maar tegelijkertijd heb ik er veel geleerd waarmee ik nu mijn voordeel probeer te doen.’

Het moet nu gebeuren.

‘Vorig jaar was cijfermatig mijn beste seizoen. Ik scoorde acht keer en had vier assists bij Vitória. Maar ik ben wel al 27. Daarom vind ik dat mijn beste jaar nog moet komen, hier bij Feyenoord. Ik ben een man, nu vader van een dochtertje, volwassen en in de kracht van mijn leven. Ik ben klaar voor dit avontuur.’

Dick Advocaat: ‘Teixeira brengt ons elftal iets extra’s’
Feyenoord-trainer Dick Advocaat kende João Teixeira alleen van naam, maar leerde hem pas echt kennen toen hij de Portugees op videobeelden in actie zag voorafgaand aan zijn komst naar De Kuip. ‘Je ziet meteen dat die jongen kan voetballen’, zegt Advocaat, ‘maar op beeld is het toch anders dan in de praktijk. Bovendien moet je eerst maar eens zien of en waar hij in het elftal komt. Hij speelde vaak als een echte nummer 10, maar kon ook vanaf links uit de voeten. Wij spelen niet met een 10, dus dat bood wel weer mogelijkheden. Nou, als je hem dan zag invallen, wist je ook: Hij kan wat. Daarna hebben we hem tegen Willem II maar meteen vanaf het begin laten meedoen en was hij geweldig, betrokken bij twee doelpunten en – kun je nagaan – nog niet eens fit.’
Het is een van de redenen dat Feyenoord vorige week tijdens de interlandbreak oefende tegen Racing Genk. Advocaat: ‘We misten nogal wat jongens vanwege interlandverplichtingen, maar we wilden toch die wedstrijd. Behalve dat we andere jongens aan het werk konden zien, was het voor Teixeira de kans op extra speelminuten.
Hij heeft het tot tien minuten voor tijd volgehouden. Vergeet niet dat hij met een achterstand bij ons kwam, maar je ziet dat-ie nu qua fysiek en inhoud steeds sterker wordt.’ De Portugees heeft iets wat Feyenoord miste.
‘Ik zocht een middenvelder met diepgang en directheid in zijn spel’, vervolgt Advocaat. ‘João brengt dat, ook laten we hem vanaf links beginnen. Maar hij wordt geholpen door Bryan Linssen die in de spits constant bezig is en Mark Diemers die de discipline heeft bij balverlies die linkerkant te pakken. Zodoende kan Teixeira zich richten op het aanvallende deel en we hebben allemaal kunnen zien dat deze speler ons elftal iets extra’s brengt. Als hij straks honderd procent fit is, wordt dat alleen nog maar meer.’
Gerelateerde artikelen