‘Ze zijn heerlijk, proef maar.’ Het is zondag rond twaalven. Bij de ingang wacht een in klederdracht gehulde vrouw bezoekers van het Kras Stadion op met dienbladen vol broodjes. Op het oog lijken het doodgewone witte bolletjes, maar nee: dit zijn échte Volendamse flippen, vertelt de vrouw aan wie het horen wil. ‘Heerlijk met boter en suiker.’
Écht Volendams – dat stempel zullen we nog wel vaker tegenkomen op deze middag aan het Markermeer. De twee spitsen die straks in actie zullen komen in de eerste Eredivisiewedstrijd die hier in dertien jaar tijd wordt gespeeld, zijn het bijvoorbeeld ook. Net als veel sponsors, de meeste bestuursleden, vrijwel alle mensen op de tribune en de traditie om voorafgaand aan het eerste thuisduel van het seizoen alle namen te noemen van hen die de club het voorbije jaar zijn ontvallen. ‘Kees de Boer, Ed Vogel, Jack Kemper, Hein Kwakman, Kees Smit….. ‘ Met eerbied zal operationeel directeur Richard de Weijze, toevallig geen Volendammer maar afkomstig uit het naburige Marken, hun namen uitspreken wanneer hij voor de aftrap het veld betreedt. Erna volgt een groot applaus.