Met spanning wacht Nederland af wanneer het normale leven enigszins kan worden hervat. Inclusief de voetballerij. Voor AZ staat er, bij de naderende beslissing over het al dan niet afmaken van de competitie, veel op het spel.
Wat staat er op het spel dan?
In sportief opzicht: een zeldzame kans op de landstitel. In Alkmaar is strijden om het kampioenschap geen jaarlijkse gewoonte en juist dit seizoen heeft AZ goede papieren. Lange tijd vermeden spelers, trainers en bestuurders het kampioenswoord. In koor klonk het dat de eerstvolgende wedstrijd de belangrijkste was en dan zouden ze wel zien waar het schip strandt. De doelstelling is ieder jaar een plek bij de eerste vier van de eindrangschikking en plaatsing voor Europees voetbal. Dit seizoen is dat niet anders, benadrukte voetbaldirecteur Max Huiberts tijdens de winterstop. Op dat moment stond AZ slechts drie punten achter op lijstaanvoerder en regerend kampioen Ajax.
Op 1 maart veranderde het sentiment. Dat was de dag waarop Ajax voor de tweede keer dit seizoen onderuit ging tegen AZ, in de Johan Cruijff Arena. Zoals eerder Feyenoord en PSV met overtuigende cijfers in hun eigen stadions waren verslagen. ‘Vraag het me na de wedstrijd tegen Ajax nog een keer’, glimlachte Myron Boadu in de aanloop naar de tweede krachtmeting met de Amsterdammers, op de vraag of AZ een serieuze titelkandidaat is. Het antwoord gaven Boadu en de zijnen al tíjdens dat duel: er viel niets af te dingen op de 2-0 zege van de Alkmaarders. Dus ja, AZ is een serieuze titelkandidaat. Dankzij een onvoorspelbare voorhoede, een uitgebalanceerd middenveld, een achterhoede met routine centraal en dynamiek aan de zijkanten, met ruggensteun van een van de beste keepers van Nederland. Aangestuurd door een trainer met een plan.
