Toen twee Ajacieden letterlijk slaande ruzie kregen in De Klassieker

Klassiekers zijn er in allerlei soorten en maten. Beroemd en heel vaak beschreven zijn die met grote uitslagen: 9-4, 9-5, 1-5, 6-0, 8-2, 6-2... Die worden ook weer voor het voetlicht gehaald in de VI-special over honderd jaar Feyenoord-Ajax en vice versa. Daarom op deze plek een andere editie, die qua score niet spectaculair of bijzonder is, maar wél qua verloop. En qua arbitrage, want voor het eerst – en nog altijd voor het laatst – heeft een buitenlandse scheidsrechter de leiding. In het kader van een uitwisselingsprogramma met de KBVB mag de Belgische toparbiter Frank De Bleeckere de Eredivisie-kraker in goede banen proberen te leiden.

Het seizoen 2007/08 is voor Feyenoord op voorhand al speciaal. De roemruchte club bestaat aan het eind daarvan honderd jaar en wil dat het liefst vieren met een kampioenschap. Daartoe doet de leiding een flinke greep in de kas. Technisch manager Peter Bosz slaagt erin een aantal gelouterde en gelauwerde toppers naar De Kuip te halen: Kevin Hofland, Tim de Cler, Roy Makaay, Michael Mols en verloren zoon Giovanni van Bronckhorst. Halverwege het seizoen zal Denny Landzaat daar nog bij komen. Aanvankelijk lijkt die gok goed uit te pakken, want de competitiestart is met twaalf uit vier perfect. Ook na de oorwassing bij PSV (4-0) pakt de ploeg van de eveneens teruggekeerde trainer Bert van Marwijk de draad weer op en na tien speelronden zijn de Rotterdammers samen met aartsrivaal Ajax koploper. En dan komt De Klassieker. Een rechtstreeks gevecht om de eerste plaats, mooier kan het niet.