Harm van Veldhoven (54) was de laatste trainer die bij Roda JC ongeschonden de eindstreep haalde. Na vijf jaar is hij terug, nu als technisch directeur. Geld voor klinkende versterkingen heeft Van Veldhoven niet, maar hij denkt zijn club wel aan belangrijker zaken te kunnen helpen: rust en eensgezindheid.
Ondanks alle problemen van de laatste jaren heeft Roda JC nog altijd een aanzuigende werking op mensen die eerder bij de club hebben gewerkt. René Trost, Eric van der Luer, Roel Brouwers, Yannis Anastasiou, Sef Vergoossen, Huub Stevens; allemaal zwichtten ze voor de lokroep van een oude liefde in last. In de meeste gevallen smoorde die terugkeer in teleurstelling en frustratie. Nu is het de beurt aan Harm van Veldhoven, die als trainer met Roda in 2008 op het nippertje aan degradatie ontsnapte en daarna drie seizoenen keurig in de middenmoot eindigde. ‘Dat zoveel mensen hier terugkeren, tekent deze club’, zegt Van Veldhoven op kantoor in het Parkstad Limburg Stadion, tussen een paar vergaderingen door en zijn continu piepende telefoon voor even negerend. ‘Roda is als familie, een warm nest voor velen. Dat is een kracht, maar ook weleens een valkuil. Soms ben je te goed voor elkaar. Binnen een professionele organisatie móét je direct blijven tegen elkaar en zorgen dat je je doelstellingen haalt. Je moet elkaar scherp houden, zoals het in een familie ook is: het ene kind pakt dingen meteen op, het andere heeft eerst drie keer een tikje nodig.’
Deze club is als familie, een warm nest voor velen. Dat is een kracht, maar ook weleens een valkuil
Als trainer werd u hier op handen gedragen. Bent u niet bang voor het afbreukrisico?
‘Natuurlijk hou je dat wel voor ogen: je bent heel succesvol geweest, maar dat zijn mensen ook heel snel weer vergeten. Toch ga ik de uitdaging aan. Roda zit in moeilijk vaarwater. Stabiliteit is er niet, de visie binnen de club was de laatste jaren heel wisselend. Iedereen hanteerde verschillende doelstellingen, om maar wat te noemen. Dan krijg je onduidelijkheid en word je kwetsbaar. Ik weet waar ik aan begin en dat het niet gemakkelijk zal worden. Maar ook dat ik in staat moet zijn iets te veranderen. Ik ken de club, de mensen, en ik heb me de voorbije anderhalf jaar bij FC Eindhoven kunnen ontwikkelen als technisch directeur.’
Drie jaar geleden bedankte u voor een terugkeer naar Roda JC. Waarom stapt u er nu wél in?
‘Toen werd ik gevraagd als trainer, vlak na de degradatie. Het gaf me een warm gevoel dat mensen van Roda me graag wilden terughalen, maar op dat moment waren er voor mij te veel onzekerheden. Over de mogelijkheden, over de structuur. Op organisatorische zaken heb je als trainer ook weinig grip. In mijn huidige functie kan ik achter de schermen veel meer impact hebben.’