Spartaan ’20, het geheim van dé hofleverancier voor bvo's
Een jeugdwedstrijd bij Spartaan ’20 in Rotterdam-Zuid, vruchtbare grond voor een profcarrière.
PRO

Spartaan ’20, het geheim van dé hofleverancier voor bvo's

De Rotterdamse amateurclub Spartaan ’20 is hofleverancier van profs. Liefst 23 ex-spelers bezitten een contract bij een bvo, nog eens 62 anderen voetballen in de beloftenploeg of in de jeugd van een profclub. De kweekvijver aan de Oldegaarde op Zuid is nog lang niet opgedroogd.

Maandagavond 12 maart, Helmond Sport speelt thuis tegen FC Den Bosch. In de 73ste minuut valt Dilivio Hoffman in bij de bezoekers. Een speler die is vernoemd naar de Italiaanse middenvelder uit de glorietijd van Juventus, maar nog een volslagen onbekende in het Nederlandse profvoetbal. En toch doet de naam van de twintigjarige linksbuiten een belletje rinkelen. Plotseling valt het kwartje. Laatst liet Maikel van Pul, hoofd opleiding en trainer van de A1-junioren bij Spartaan ’20, een bijzondere lijst met spelers zien die allemaal in hun jeugd bij de Rotterdamse amateurclub speelden.

Spartaan ’20 is de gemeenschappelijke deler waar talent zich presenteert. Een multiculticlub, de belichaming van Rotterdam-Zuid

Van die lijst bezitten 23 spelers momenteel een contract bij een profclub, onder wie Hoffman. Twee jaar was hij lid van Spartaan ’20. ‘Ik begon in de F1-pupillen, daarna zat ik bij de E1 en later ging ik terug naar de E2. Daar was ik toen heel verdrietig over’, herinnert de Bossche debutant zich. Hoffman is trots op zijn eerste minuten in de Jupiler League. ‘Zeker door de moeilijke route die ik heb afgelegd, ik heb er hard voor gewerkt, dit is mijn beloning. Tegelijkertijd is het hopelijk het begin van een mooie loopbaan.’ Hoffman hoopte bij Excelsior en FC Twente op een doorbraak, maar slaagde niet. Net toen hij zich bij XerxesDZB had gemeld, kwam de kans toch. De route van Hoffman is omslachtig, maar toont dat hard werken en het geloof houden in een toekomst loont. Hij kent de namen met een Spartaan ’20-verleden en droomt van een carrière zoals vele voorgangers. ‘Als kleine jongen wist ik van niks, ik wilde gewoon lekker voetballen met mijn vriendjes. Later kreeg ik door dat veel bvo’s scouten bij Spartaan ’20. Het is puur toeval geweest dat ik bij Excelsior belandde. Ik was teruggezet naar de E2 en speelde tegen Excelsior E1. Moet je nagaan, hè, met de E2 van een amateurclub tegen de E1 van bvo, dat zegt al iets. Ik scoorde drie keer en mocht komen.’

Het verhaal van Hoffman is een verhaal zoals er zo veel zijn. Ieder spelertje heeft zijn eigen geschiedenis. De gemeenschappelijke deler is Spartaan ’20, de Rotterdamse kraamkamer waar talent zich presenteert. Een multiculticlub, de belichaming van Rotterdam-Zuid.

‘Het wordt steeds gekker. Onder de zes, zeven of acht jaar worden ze al gescout’

De lijst die Van Pul liet zien, is indrukwekkend. Van Jetro Willems, Bruno Martins Indi, Denzel Dumfries, Luc Castaignos en Anwar El Ghazi tot minder bekende avonturiers als Alvin Fortes, Ryan Hiwat en Romario Kortzorg. De huidige werkgevers van die laatste drie zijn nog niet aangepast. In de winterse transferperiode trokken de voormalige Spartaan ’20-jonkies verder de wijde wereld in: Fortes vertoeft inmiddels bij FC Dila in Georgië, Hiwat is door het Italiaanse Carpi verhuurd aan het Zwitserse Chiasso en Kortzorg is na vele omzwervingen beland bij Binh Duong FC in Vietnam. Dat u het even weet. Met Spartaan ’20 op je cv is het prettig de wereld ontdekken, lijkt het wel. Ook op de lijst twee jonkies zonder profdebuut in een eerste elftal, maar met een contract: Nigel Thomas bij PSV en toptalent Joshua Zirkzee bij Bayern München. Der neue Hasselbaink wordt hij genoemd in Duitsland. Nooit in de Eredivisie gespeeld, want door de Zuid-Duitsers op zestienjarige leeftijd opgepikt bij Feyenoord. En ooit Spartaan ’20.

Ook de roots van Bruno Martins Indi (vooraan, vierde van rechts) liggen bij Spartaan ’20.
Ook de roots van Bruno Martins Indi (vooraan, vierde van rechts) liggen bij Spartaan ’20.

Goud van de club

Naast de 23 is er nog een lijst met daarop nog 62 namen van jongens die ook het roemruchte zwart-witte tenue droegen en nu in een jeugd- of beloftenteam van een bvo uitkomen. In totaal dus 85 voetballers die ooit bij Spartaan ’20 speelden en nu prof zijn of die droom najagen. De lijst zal de komende maanden weer worden uitgebreid. Het overzicht herbergt het goud van de club en waarborgt de toekomst van Spartaan ’20. ‘Zo simpel is het wel’, bevestigt Van Pul. ‘Je wilt geen geld mislopen. Henny Vosselman houdt het allemaal keurig bij.’ Het lijkt een dagtaak voor de vrijwilliger op leeftijd. ‘We moeten in de gaten houden welke jongens transfers maken en wanneer we recht hebben op een opleidingsvergoeding’, erkent Van Pul. Hij heeft ze zien komen en gaan en probeert zijn voormalige clubgenoten nog altijd te volgen. ‘Binnenkort ga ik naar Bruno Martins Indi in Engeland en eind maart naar Kenny van de Weg in Schotland. In het laatste jaar dat Kenny bij NAC speelde, is hij nog assistent-trainer geweest bij onze B1. Hij deed er alles aan om zo veel mogelijk aanwezig te zijn.’

‘We moeten in de gaten houden welke jongens transfers maken en wanneer we recht hebben op een opleidingsvergoeding’

Jos van Eck en Milko Pieren zijn de eersten die een profloopbaan kenden na een periode in de jeugd bij Spartaan ’20. ‘Dat waren andere tijden’, weet Van Pul. ‘Het wordt steeds gekker. Onder de zes, zeven of acht jaar worden ze al gescout. Terwijl je tot tien, elf jaar nog helemaal niet kunt zeggen of iemand een talentje is of niet. Bij sommigen is dat later ook nog moeilijk. Denzel Dumfries is hét voorbeeld natuurlijk. Honderd procent terecht dat-ie ooit afviel voor de C1, zijn concurrent was echt veel beter. Die scheurde later zijn kruisbanden en redde het niet. Ik gun het Denzel van harte, hij zal wel denken dat wij het niet goed gezien hebben. Zijn motoriek is nog altijd niet de meest gepolijste, maar zijn instelling en mentaliteit... Man, dat is een voorbeeld voor velen. Heel knap, daar heb ik diep respect voor.’

Kenny van der Weg (voorste rij, uiterst links) en zijn jeugdteam.
Kenny van der Weg (voorste rij, uiterst links) en zijn jeugdteam.

Soort zaakwaarnemer

Spartaan ‘20 is inmiddels bekend als kweekvijver. Een begrip in Rotterdam en verre omstreken. ‘Daar komen dus ook goudzoekers op af’, weet Van Pul. ‘Ouders of begeleiders die een jongetje hier brengen om hem te laten opvallen bij de profclubs. Soms is er al een soort zaakwaarnemer bij en proberen ze zelf clubs te benaderen. Ik geloof daar niet in, aan dat soort zogenaamde zaakwaarnemers heb ik een grafhekel. Wij proberen ze te begeleiden, ook om ze te beschermen. Bert-Jan Vaandrager, een trainer bij ons, is een soort begeleider. Hij geeft adviezen, onderhoudt contacten met ouders en helpt waar nodig. Een vertrouwenspersoon die er niet is om een speler weg te brengen, maar om de juiste keuze te maken voor de speler.’

De club zelf komt niet uit op het hoogste amateurniveau, namelijk in de Eerste Klasse Zondag. ‘Ik vind dat wij minimaal Hoofdklasse moeten kunnen spelen, maar het is wel een constante zorg hoe je dat voor elkaar moet krijgen. Met zo veel uitstroom moet je je ook afvragen wat je zelf overhoudt. Jongens in je C1 en C2 en B1 en B2 leid je eigenlijk op voor de bvo’s, de voetballers in B3 zijn je toekomstige eerste-elftalspelers.’

De bvo’s cirkelen als aasgieren om Spartaan ‘20 heen. Zorgvuldig op jacht naar hun prooi. Van Pul zucht eens en schraapt zijn keel. ‘We hebben eigenlijk met weinig bvo’s echt een positief contact. Met Sparta hebben we een samenwerkingsverband. Dat onderlinge vertrouwen in elkaar is heel groot. Het gaat zelfs zó ver dat Sparta ook spelertjes naar ons verwijst als ze daar nog niet in aanmerking komen. Dat is samenwerken, respect voor hoe Sparta dat doet. Vroeger hadden we een overeenkomst met Feyenoord. Maar die club deed dat voor zichzelf, niet voor ons. Wij kregen tien ballen en een plaquette voor in de kantine. Zij pakten alle voordelen, daar hadden wij niks aan.’

‘Je bent hier als trainer ook sociaal werker. Dit is Rotterdam, hè’

Mensenhandel

Van Pul uit diverse keren zijn zorgen over het scouten van jonge spelertjes. ‘Het is eigenlijk gewoon mensenhandel. Althans, daar gaat het naartoe. In september, als het seizoen net is begonnen, komen ze al. Ik heb er geregeld discussie over, hoor. Scouts horen zich netjes te melden, dan krijgen ze de gegevens van de jongens en kunnen ze hun werk doen. Maar sommigen melden zich niet eens. Ik hou niet van die spelletjes. Ander voorbeeld: spelers die geselecteerd worden voor jeugdplan Nederland voetballen met andere amateurspelertjes die vaak in een lagere klasse spelen. Van de zestien jongens bij bijvoorbeeld Onder-13, zitten er negen bij JPN. Dat is dus gewoon een etalage. De KNVB doet dit om de bvo’s te helpen, maar amateurclubs zoals wij helpen ze totaal niet. Bvo’s gaan steeds vroeger scouten, maar de opleidingsvergoeding is pas vanaf de E-leeftijd... Op deze manier lopen amateurclubs opleidingsvergoedingen mis, maar de KNVB vergeet dat grotendeels alle bvo’s gevuld worden door spelers die ooit bij een amateurclub hebben gevoetbald. Pas in februari, maart laten we ze gaan. Wij willen ook dat de brieven met de uitnodiging voor de stages eerst naar ons gaan, zodat wij kunnen bepalen wanneer de spelers dat te horen krijgen. Kun je je iets bij voorstellen, denk ik. Niet vlak voor een belangrijke wedstrijd, de scouts kennen de ins en outs van een speler en zijn achtergrond niet. Je bent hier als trainer ook sociaal werker. Dit is Rotterdam, hè. Je moet dat voorzichtig en op een goede manier brengen. Net zoals je soms moet vertellen dat ze het niet moeten doen. Je moet het bespreekbaar maken. Vinden ze niet altijd leuk, maar iedereen is gebaat bij eerlijkheid. En prof worden kan altijd nog. Jamiro Monteiro is het mooiste voorbeeld. Was een zeer onderschatte speler bij ons. Toen hij nog speler van de A1 was, vroeg zijn trainer of hij op zondag nog bij het derde mee wilde doen, een ploeg met oudere jongens als ik die niet meer zo veel liepen. Zo’n kleine loper konden we goed gebruiken. Nu speelt Jamiro in de Eredivisie.’




Luc Castaignos

‘Met mijn sporttas de metro in’

‘Ik was tweedejaars C-junior toen ik van Excelsior ’20 naar Spartaan ‘20 ging. Samen met een vriendje ging ik naar de Open Dag. Dat was zijn idee, ik had eerlijk gezegd geen idee dat we naar een club gingen die veel spelers aan de Rotterdamse profclubs leverde. Ik ging van de Tweede Klasse naar de Tweede Divisie en speelde tegen leeftijd-genoten die bij bvo’s voetbalden. We deden mee aan Nike-toernooien en andere aansprekende evenementen. Het ging allemaal een stuk sneller. In het begin had ik er best wel moeite mee. Niet alleen dat het op het veld sneller ging, maar ook alles eromheen. Ik woonde in Schiedam en ging met mijn sporttas direct van school de metro in naar de club. Na een jaar meldde Feyenoord zich al. Spartaan ’20 werkte samen met ze en ze hadden mij zien spelen. Stanley Brard kwam thuis om te praten en alles ging heel snel. Bij Spartaan hadden ze oog voor talent. Die open dagen benutten ze echt goed. Jongens die hogerop wilden en konden, pikten ze op. Dat trekt op een gegeven moment ook wel. Als je als jonge jongen die verhalen hoort en je ziet het om je heen gebeuren, waarom niet ook proberen?, denk je dan. Eerlijk gezegd spreek ik geen mensen meer van toen en kom ik er ook nooit meer. Iedereen gaat zijn eigen weg. Zo gaat dat in het leven. Toen ik net naar Feyenoord ging, heb ik nog wel contact gehouden met Patrick de Werk, mijn trainer daar. Ik ben Spartaan ’20 wel altijd blijven volgen. Even kijken naar de uitslag en als er een Rotterdammer debuteert in het betaalde voetbal, check ik toch of-ie toevallig ook bij Spartaan ’20 vandaan komt. Ik heb in dat jaartje geleerd in een team te spelen. Daarvóór was ik meer op mezelf, was het spel individualistischer. Soms werd er gelachen, soms gebeukt. Maar we waren een echt vriendenteam, jongetjes die door het vuur gingen voor elkaar. Ik denk dat ik van die ploeg de enige ben die uiteindelijk is doorgebroken.’




Lassana Faye

‘We waren straatschoffies, maar vormden één team’

‘Als E’tje werd ik gescout door Sparta en heb ik – met onder anderen Mark Veenhoven – zes maanden stage gelopen en toernooien gespeeld, maar ik werd niet aangenomen. Met Mark heb ik toen afgesproken dat we een jaar later wél samen zouden spelen. Intussen deed ik mee aan de open dagen bij Spartaan ’20, maar de laatste beslissende stagedag viel samen met een stagedag bij Sparta. Ik was al te laat om in te stromen, maar mijn vader heeft toen met trainer Ricardo Willemse geregeld dat ik nog een training mocht meedoen. Ze zagen in één training genoeg en ik mocht naar de E1-pupillen. Sparta scoutte me bij Spartaan ’20 opnieuw, terwijl ook Ajax, PSV en Feyenoord belangstelling hadden. Mijn vader, de trainers en hoofd opleiding Bert-Jan Vaandrager adviseerden me naar Sparta te gaan. Ik speelde met Sherel Floranus in de E1, hij kwam een jaar later. Laatst op Het Kasteel speelden we tegen elkaar, dat was geweldig. We hebben een klik, komen beiden uit achterstandswijken en dat realiseren we ons ook, maar hebben het godzijdank zo ver weten te schoppen. Een aantal andere jongens uit ons team is het nog niet gelukt, maar hun tijd zal komen met Gods wil.

De trainers bij Spartaan ’20 zagen in mij een linksback, ik vond linksbuiten stiekem leuker. Ik mocht op beide posities spelen. Op zo’n jonge leeftijd haalden we al het beste in elkaar naar boven. We waren straatschoffies uit verschillende buurten, maar vormden één team. Mijn doel was prof worden, maar ik was er op die leeftijd nog niet echt mee bezig. Mijn vader kende de reputatie van Spartaan ’20, dat was een van de redenen dat hij me naar die club bracht. Toen ik de eerste keer gescout was en thuis een brief kreeg van school, vroeg mijn moeder me wat ik nu weer had geflikt. Ik was niet altijd de braafste en zat in spanning omdat ik óók dacht dat de school mijn ouders iets ging vertellen. Uiteindelijk gaf mijn moeder de brief waarin stond dat Sparta me had gescout. Ik kon mijn geluk niet op. Als jongetjes klommen we stiekem over de hekken van Het Kasteel om over het veld te dribbelen, te scoren en te juichen. Het Sparta-pleintje waar we speelden, met die hele geschiedenis van jongens die daar voetbalden, willen ze nu vervangen door een Johan Cruyff Court. Dat begrijpt niemand in die buurt. De tweede keer dat Sparta kwam, hoorde ik het van mijn vader. We zaten in de auto en ik zei dat ik geen interesse meer had, omdat ze me eerder niet hadden aangenomen. Mijn vader kon dat niks schelen, hij dwong me te gaan. Daar ben ik hem nog steeds dankbaar voor.

Spartaan ’20 is erg goed in het beschermen van spelers. Pas in februari, maart mochten we stage lopen. Eerst genieten, later pas focus op de toekomst. Mijn broertje Djarwell speelt er nu in de E1 en mijn vijfjarige broertje Jayliano zit in het talentengroepje van de voetbalschool, ook hij zal naar Spartaan ’20 gaan. Ik ga kijken als ik vrij ben en zie dan mijn oude trainers weer. Bert-Jan Vaandrager adviseert ons als vriend van de familie nog steeds.’

Lassana Faye (tweede rij van boven, in het midden) en Sherel Floranus (gehurkt, midden) als jeugdspeler van Spartaan ’20.
Lassana Faye (tweede rij van boven, in het midden) en Sherel Floranus (gehurkt, midden) als jeugdspeler van Spartaan ’20.



Sherel Floranus

‘Mijn moeder wist waar ze me moest zoeken’

‘Ik ben in de F5 bij Spartaan ’20 begonnen. Dat was twee minuten lopen van mijn huis. Ik wilde gewoon lekker voetballen met mijn vriendjes. Soms was ik hele dagen op de club. Als mijn moeder me moest zoeken, wist ze waar ik was. Sparta scoutte me bij Spartaan ’20, de clubs werken samen. Eerst was het nog misgegaan. De brief waarin stond dat ik bij Sparta mocht komen, was ineens zoek. Later is het goed gekomen. Ik zat in de ploeg met Mo El Hankouri, die door Feyenoord nu verhuurd is aan Willem II. Allemaal kleine jongetjes die lekker pingelden, maar een van de punten waarop altijd werd gehamerd was teamgevoel. Samen voetballen, probeer dat kleine mannetjes maar eens duidelijk te maken. Achteraf heb ik daar wel voor het eerst verder leren kijken dan alleen maar scoren en pingelen. Ik ben de club zeer dankbaar, ze hebben altijd goede trainers en zijn echt met jongens bezig. Tony Pengel, beter bekend als rapper U-Niq, was zo’n trainer. Altijd met ons bezig, even zitten, praten en op het veld met de bal aan de slag. Spartaan ’20 is de beste amateur-club van Rotterdam. Zo veel spelers die het tot prof geschopt hebben, dat zegt voldoende. Het werkt natuurlijk ook als je zo veel voorbeelden ziet van jongens die het hebben gedaan. Als je een talentje bent, ga je naar Spartaan ’20. Je weet dat Sparta en Feyenoord en veel andere clubs daar kijken. Ik kon ook naar Feyenoord, maar met Sparta werkten ze samen en het leek mij ook een goede stap.’




De lijst van 23: ooit Spartaan ’20, nu prof

Denzel Dumfries (21)
huidige club: SC Heerenveen
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 2

Bruno Martins Indi (26)
huidige club: Stoke City (Eng)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 3

Jamiro Monteiro (24)
huidige club: Heracles Almelo
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 3

Jetro Willems (23)
huidige club: Eintracht Frankfurt (Dui)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 1 (geen heel seizoen)

Suently Alberto (21)
huidige club: NEC
Aantal opleidngsjaren Spartaan ’20: 1 (daarvoor IJVV De Zwervers en SC Feyenoord)

Luc Castaignos (25)
huidige club: Vitesse
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 1 (daarvoor Excelsior ’20)

Lassana Faye (19)
huidige club: Vitesse
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 1

Steven Pereira (23)
huidige club: MVV Maastricht
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 2 (daarvoor HOV, Leonidas en Sparta-amateurs)

Lutsharel Geertruida (17)
huidige club: Feyenoord
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 1 (geen heel seizoen)

Anwar El Ghazi (22)
huidige club: Lille (Fra)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 2 (daarvoor Barendrecht en Feyenoord)

Ryan Hiwat (22)
huidige club: FC Chiasso (Zwi)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 3

Nigel Thomas (17)
huidige club: PSV
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 2

Mohammed El Hankouri (20)
huidige club: Willem II
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 2 (daarvoor BZC ’95 en Overmaas)

Ibrahim Fofane (22)
huidige club: Achyronas Liopetriou (Cyp)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 7

Alvin Fortes (23)
huidige club: FC Dila (Geo)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 3

Sherel Floranus (19)
huidige club: Sparta Rotterdam
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 4

Dilivio Hoffman (20)
huidige club: FC Den Bosch
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 2 (daarvoor Hillesluis)

Doriano Kortstam (23)
huidige club: FC Eindhoven
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 2 (daarvoor DOTO en Excelsior Pernis)

Romario Kortzorg (28)
huidige club: Binh Duong FC (Vie)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 2

Garry Mendes Rodrigues (27)
huidige club: Galatasaray (Tur)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 1 (geen heel seizoen)

Kenny van de Weg (27)
huidige club: Ross County (Sch)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 7

Joshua Zirkzee (16)
huidige club: Bayern München (Dui)
Aantal opleidingsjaren Spartaan ’20: 3

Rodny Lopes Cabral (23)
huidige club: Telstar
Aantal opleidingsjaren Spartaan ‘20: 1 (daarvoor EDS en SVV)

Gerelateerde artikelen