De carrière van Brian Brobbey begint eruit te zien als een modern sprookje. Brobbey als de ongenaakbare held, de onverstoorbare strijder, de goudeerlijke hartenbreker en om hem heen cirkelt het kwaad: een grijze wolk van journalisten, kenners, oud-voetballers en studiogasten die allemaal weten wat er beter moet.
Een van de grootste gevaren voor Brobbey – ook ik kruip even in de huid van de raadgever – is dat hij door het segment Hans Kraay junior-interviewers wordt gezien als de Nieuwe Geniale Gek Die Altijd Levert. Steeds tenenkrommender worden de interviews met Brobbey. Gesprekken die mij sterk doen denken aan de film Being There.
Verhaal in het kort: een doodsimpele tuinman, die op iedere vraag van wie dan ook een zeer eenvoudig antwoord geeft, wordt opeens als een goeroe gezien. Hij zegt dingen als: ‘Geef planten water en dan gaan ze groeien.’ Ergens midden in de film wordt opeens alles wat hij zegt door honderden journalisten, beleidsbepalers en andere hotemetoten gezien als diepe waarheid. Hij hoeft maar naar een hekje te wijzen en te zeggen: ‘Dit hekje staat er om mensen tegen te houden’, en hij gaat alweer op de schouders. Zoiets gebeurt nu met Brian Brobbey.
Brian Brobbey zou zich zorgen moeten maken. Hij is inmiddels rijp voor een wat serieuzere benadering en dat mag hij best weleens laten merken in interviews. 'Volgende vraag graag'