Op de valreep is 2019 dan toch nog een verdrietig voetbaljaar geworden. Dan heb ik het niet over Jean-Paul van Gastel, die na zijn ontslag bij Feyenoord in godsnaam zelf maar bier is gaan brouwen.
Bier brouwen is het nieuwe houten ganzen zagen en voor je raam zetten. Voetballers of oud-voetballers die bier brouwen, het zit qua verdrietig heel dicht bij zelf een hartige taart bakken en daar een cateringbedrijfje omheen fantaseren. Het allerergste aan voetballers die wegens te veel vrije tijd zelf bier gaan brouwen, is het verzinnen van de naam. Gescheurde Enkelband, Bierdouche en Breukelse Pol.
Verdriet. Ik heb het niet over keeper Thibaut Courtois van Real Madrid. Nooit eerder zag ik een voetballer zo ontzettend niet bij een club passen. Bij Real Madrid denk je aan mooie spelers. Pepe was jarenlang een vergissing. Midden tussen vernietigend aantrekkelijke voetballers speelde een schele varkensboer in de verdediging. Pepe zag eruit als iemand aan wie je de weg niet durft te vragen. Al zou ik bij veertig graden Celsius midden in een Portugese bosbrand de weg kwijtraken, dan nóg zou ik niets durven vragen aan Pepe. Ik weet het, ik begeef mij op gevaarlijk terrein, maar ik voel mij gesteund door Ronald de Boer, die ooit uitlegde waarom Martin Jol nooit trainer van Ajax had mogen worden. Hij droeg een petje en had een baard tot in zijn navel.
