Hoe Roda JC als enige een antwoord had op het Ajax van Van Gaal
© Pro Shots
PRO

Hoe Roda JC als enige een antwoord had op het Ajax van Van Gaal

Wat AC Milan en Bayern München in het seizoen 1994/95 niet voor elkaar kregen, lukte Roda JC wel: Ajax weerstand bieden. Met beginnend trainer Huub Stevens voor de groep, een iets te corpulente centrumspits, een-op-een voetballen over het hele veld en vechtpartijen in Spanje, veroverde Zuid-Limburg de PTT Telecompetitie. Het verhaal van een historisch goed seizoen dat geen schaal maar wel eeuwige vriendschappen opleverde. ‘Doomernik is chef-Mallorca.’

Het had weinig gescheeld of Louis van Gaal was trainer geweest in Kerkrade. Het zit zo. Begin jaren negentig, nog voordat de club Huub Stevens polst, praat Roda JC met de latere succestrainer van Ajax. In de documentaire Het jaar van de polonaise vertelt toenmalig algemeen directeur Servé Kuijer over dat contact. ‘Voor 210 duizend gulden was hij trainer geweest. Wij waren allemaal helemaal onder de indruk van Louis van Gaal. Alleen – en zo heb ik het hem toen ook overgebracht en hij was daar hartstikke kwaad over, want hij wilde onder Leo Beenhakker vandaan – hebben wij letterlijk gezegd: Louis, wij kunnen jou niet bieden wat jij nodig hebt. Jij bent té goed voor ons.’

Uiteindelijk komt Roda uit bij Stevens, een man uit de regio die in de zomer van 1994 aan zijn tweede volledige seizoen als hoofdtrainer begint. Waar Van Gaal in Amsterdam bouwt aan een elftal dat de wereld moet gaan veroveren, wil het op Kaalheide nog niet echt vlotten. Na een teleurstellend jaar, waarin de Limburgers enkel de Fair Play Cup hebben gewonnen, zetten ze nu in op het halen van Europees voetbal. Maar met wie?

Er zijn problemen bij het aantrekken van Johan de Kock, Tijjani Babangida keert niet terug uit Nigeria, Raymond Atteveld wordt laat aan het elftal toegevoegd, er is lange tijd geen assistent-trainer, aanwinst Maurice Graef is geblesseerd en de Poolse aanwinst Tomek Iwan krijgt in eerste instantie geen werkvergunning. De Stichting Arbeidszaken geeft het ministerie een negatief advies over de Pool, een niet-EU-speler. Via de kantonrechter krijgt de club alsnog toestemming. Iwan blijkt een schot in de roos en gaat later, mede dankzij een interview in VI, door het leven als de man met het ijscontract. ‘Mijn vader zei altijd dat hij geen geld had, maar een ijsje kon je verdienen. Dan gaf hij me de bal en voor elke keer dat ik die hoog kon houden, kreeg ik één zloty’, vertelde hij. ‘Je had wel honderd zloty nodig om een ijsje te kunnen kopen.’

Via Zuid-Limburg zal de rechtspoot uiteindelijk bij Feyenoord en PSV terechtkomen. Zijn komst is een klein succesje, al praat Stevens nog altijd van een chaotische start. ‘Ik zei al vrij snel: Onze voorbereiding trekken we door in de competitie. De eerste vier wedstrijden speelden we allemaal gelijk. We waren al langer bezig met doorselecteren, maar dat kost tijd. Pas op het allerlaatste moment kwam Atte, geen onbelangrijke kracht. Het idee was vooruit te voetballen, op het hele veld een-op-een. Daar hadden we uiteindelijk ook het elftal voor.’

'Ik denk dat ik zevende keus was. Ze hadden alle spitsen in de Eredivisie wel zo’n beetje benaderd'

De trainer lepelt 25 jaar later nog moeiteloos het elftal op. Bijna liefkozend praat hij over aanvoerder Ruud Hesp, stille kracht Arno Doomernik, de vrijbuiters Max Huiberts en Iwan, clubicoon Eric van der Luer en de onnavolgbare Barry van Galen. ‘Toen zagen we al dat het een bijzonder jaar kon worden.’

Achteraan vanaf links: Marco van Hoogdalem, René Trost, Johan de Kock, Mark Luijpers, Ger Senden, Maurice Graef en Cedric Ihalauw. Midden: algemeen directeur Servé Kuijer, elftalbegeleider Jo Hodiamont, Max Huiberts, Ruud Hesp, Anton Scheutjens, Dirk Jan Derksen, trainer/coach Huub Stevens en verzorger Norbert Keulen. Vooraan: Eric van der Luer, Tomek Iwan, Raymond Atteveld, Erwin Vanderbroeck, Arno Doomernik, Barry van Galen, Roy van den Heuvel en Rick Plum.
© Voetbal International
Achteraan vanaf links: Marco van Hoogdalem, René Trost, Johan de Kock, Mark Luijpers, Ger Senden, Maurice Graef en Cedric Ihalauw. Midden: algemeen directeur Servé Kuijer, elftalbegeleider Jo Hodiamont, Max Huiberts, Ruud Hesp, Anton Scheutjens, Dirk Jan Derksen, trainer/coach Huub Stevens en verzorger Norbert Keulen. Vooraan: Eric van der Luer, Tomek Iwan, Raymond Atteveld, Erwin Vanderbroeck, Arno Doomernik, Barry van Galen, Roy van den Heuvel en Rick Plum.

La Manie

‘Ik denk dat ik zevende keus was. Ze hadden alle spitsen in de Eredivisie wel zo’n beetje benaderd.’ Een bulderende lach aan de andere kant van de telefoon. We vragen Maurice Graef naar de zomer van 1994 en hoe hij spits van Roda JC werd. ‘Roda sprak eerst nog met Marco Boogers, dat ketste af. Ook met een Australiër. Ik had tien jaar bij VVV gespeeld en wilde weleens een stap maken. Zevende keus dus, daar was ook mijn contract naar. Om heel eerlijk te zijn: ik vond het niet geweldig. Gelukkig wist ik dat Nol Hendriks wel te porren was voor een extraatje. En dus vroeg ik om een bonus als ik meer dan vijftien keer zou scoren. Uit tegen FC Utrecht, richting het einde van het seizoen, maakte ik de vijftiende. Zelf was ik die afspraak eigenlijk alweer vergeten. Ik weet nog goed dat Nol me stond op te wachten bij het veld. “Hé gast”, zei hij. “Je hebt me mooi een poot uitgetrokken. Maar gefeliciteerd”. Mooie man, die Nol. Dankzij die transfer beleefde ik mijn beste én mooiste jaar uit mijn loopbaan.’

Nol Hendriks is de suikeroom die als bestuurslid technische zaken gaat over de transfers. Hij haalt Graef als nummer 9 naar Kerkrade. Hendriks is de gehaaide zakenman met voetbalverstand. Hij betaalt Roda-spelers in die tijd zeventigduizend gulden netto. Graef: ‘Later begreep ik dat ik hetzelfde verdiende als Barry van Galen. Barry, de beste speler met wie ik ooit op een veld heb gestaan. Als je ziet wat hij deed op een training... Het was dat hij er niet altijd voor leefde, anders had hij tien jaar in Oranje gespeeld. Maar ik verdiende dus hetzelfde.’

Stevens en Graef benadrukken dat de suikeroom een cruciale rol speelt in die periode. Iets wat clubicoon Van der Luer in 1994 al weet. ‘Was Hendriks er niet geweest, dan stond ik nu misschien achter de bar van La Manie in Maastricht, weet jij veel. Zonder Hendriks heeft Roda nu eenmaal geen bestaansrecht’, vertelt de kleine middenvelder. Hendriks heeft niet alleen een oog voor talent, maar ook vertrouwen in de trainer en zijn staf. Van der Luer: ‘Sinds de komst van Stevens is het maar bergop gegaan. Al zijn er meer die hun steentje hebben bijgedragen aan het succes van Roda. Eddy Achterberg bijvoorbeeld. Zoals hij klikt met Stevens, is ongelofelijk.’

'De enige spierpijn dat seizoen kreeg ik van het lachen'

Dat laatste is geen onbelangrijk detail. Niet alle spelers zijn in het seizoen 1993/94 even gelukkig met Stevens’ directe manier van werken. Dirk Jan Derksen laat zich verhuren aan MVV en vanuit Maastricht noemt hij Stevens ‘een engerd’. Ook David Nascimento zegt nooit meer onder de trainer te willen werken. De komst van Achterberg en enkele ervaren krachten zorgen voor een andere dynamiek bij Roda.

‘Achterberg en Stevens speelden good cop, bad cop’, vertelt Graef. ‘Dat werkte geweldig! De enige spierpijn dat seizoen kreeg ik van het lachen. Huub was nogal direct. Zo stuurde hij me naar de diëtist, ik moest vijf tot zes kilo afvallen. Ook herinner ik me nog een wedstrijd tegen Go Ahead, waarin ik maar niet tot scoren kwam. Een spits wil de dagen daarna op de training zoveel mogelijk afwerken om dat goede gevoel terug te krijgen, maar Stevens liet mij richting Feyenoord-uit heel de week niet op doel schieten. We wonnen met 2-1 en ik scoorde twee keer. Ik was zó opgefokt dat ik na dat eerste doelpunt weigerde te juichen. Die man had allerlei trucjes.’

'René Trost is op het eerste trainingskamp na een aanvaring met Raymond Atteveld naar huis gelopen'

‘Ook waren er bewust een paar jongens uit het westen aangetrokken’, vervolgt de toenmalige spits. ‘De cultuur veranderde. In die tijd trainden we niet eens ontzettend veel, maar wel ongelofelijk hard. Ik stond elke dag tegenover De Kock of Atteveld. Dan kon je geen procent laten liggen. Atteveld was verbaal het ergst van allemaal. Die zette het wel op scherp. Voor de Limburgse jongens was dat even wennen. Ik herinner me nog dat René Trost op het eerste trainingskamp na een aanvaring met Atteveld naar huis is gelopen. Ook hebben we flink wat strafsprintjes getrokken omdat Raymond zijn mond niet kon houden. Het was een mix van Limburgers en van wat wij hier Hollanders noemen. Dat werkte.’

‘Iedereen corrigeerde elkaar’, vult Stevens aan. ‘En iedereen had zijn rol. Ook de dame in de keuken en de masseur. Jongens als Hesp en De Kock hielden Atteveld kort. Zelf kon ik ontzettend heftige discussies hebben met Nol, geloof me. Dan had hij weer iets geroepen in de media en konden we elkaar weken negeren. Maar dan waren daar Theo Pickée (voorzitter, red.) en Servé Kuijer om de plooien weer glad te strijken. De resultaten hielpen natuurlijk ook mee. Op een gegeven moment wonnen we bijna iedere week. De polonaise begon in het vriendenhome en eindigde in de businessruimte. Maar op maandagochtend was iedereen weer scherp.’

Gran Canaria

Roda JC is de verrassing van de eerste seizoenshelft en vertrekt ongeslagen naar Gran Canaria voor het winterse trainingskamp. Het intensieve, enthousiaste maar ook harde voetbal maakt veel indruk. Na een eclatante 3-0 overwinning op het PSV van Ronaldo en Luc Nilis worden de Limburgers zelfs gezien als een serieuze titelkandidaat. In de kleedkamer is er één man die hardop droomt van de schaal: ‘Eddy’, weet Stevens nog. ‘Op dat trainingskamp voerden we individuele gesprekken met de jongens. Dan was het constant Eddy die zei: “Maar we kunnen wél kampioen worden dit jaar”. Na afloop nam ik hem dan weer apart. Eddy, wat doe je nu? Hou je kop! Je maakt die gasten helemaal gek.’

'Eddy zei: “We kunnen wél kampioen worden dit jaar”. Dan nam ik hem apart: Eddy, wat doe je nu? Hou je kop! Je maakt die gasten helemaal gek'

Toch is dat niet de reden waarom het Spaanse trainingskamp de geschiedenisboeken haalt. Roda wint op Gran Canaria een internationaal toernooi door een zege op IFK Göteborg, dat seizoen kwartfinalist in de Champions League. Graef: ‘Göteborg was echt een grote tegenstander. Ik herinner me nog dat Atteveld op een gegeven moment iemand een flinke schop gaf. Zo van: Nu is het genoeg. In de tien minuten die daarop volgden, speelden we allemaal op het randje. Die gasten stonden een paar weken later in de kwartfinale van de Champions League, dus die lieten ons razen. Wonnen we met 2-0. Die avond mochten we van Huub op stap. Dat werd wel memorabel. We stonden in een discotheek en Mark Luijpers moest naar het toilet. Onderweg kreeg hij een duw van een Spanjaard. Helaas voor hem stonden uitgerekend Atteveld en Van Galen achter hem. Die ging dus gestrekt. Vervolgens kwamen een paar Spanjaarden verhaal halen. Ik herinner me nog dat De Kock, die aan de zijkant van de dansvloer zat, zijn been uitstak. Ging wéér een Spanjaard naar de grond. Het leek net een film. Uiteindelijk was het Ruud, onze aanvoerder, die zo verstandig was om te zeggen: “We gaan ergens anders naartoe”.'

Stevens reageerde heel rustig tegen de politie: Meneer, mijn spelers liggen op dit tijdstip gewoon in bed. Als u iets van ons wilt, komt u morgenvroeg maar terug'

'De volgende ochtend wist Huub precies wat er was gebeurd. Wat was nu het verhaal: die nacht is de politie in ons hotel geweest. Er zouden jongens van Roda hebben gevochten. Stevens reageerde heel rustig. “Meneer, mijn spelers liggen op dit tijdstip gewoon in bed. Als u iets van ons wilt, komt u morgenvroeg maar terug”. De volgende ochtend, dus de dag nadat we het toernooi hadden gewonnen, kregen we een half uur lang ontzettend op onze flikker. Toch zal ik nooit vergeten hoe Stevens eindigde. “Maar jullie zijn wel samen teruggekeerd? Goed zo”, zei hij.’ Stevens zelf schiet in de lach als hij eraan terugdenkt. ‘Met het teamgevoel zat het in ieder geval wel goed.’

Rijkaard

Nederland sluit Roda in de armen. Door het opportunistische spel met kaartenpakker Atteveld en de onnavolgbare Van Galen wordt het ’s lands knuffelclub. Gaat het een jaar eerder nog over een Limburgse fusie en lege tribunes, nu komen Roda-fans uit Friesland elke twee weken naar Kaalheide getuft. Iedereen wil erbij zijn. De grote winnaar is overigens de Zuid-Koreaanse autofabrikant Daewoo, die sinds halverwege het seizoen op het shirt prijkt. In een VI uit 1995 lezen we: ‘In februari wees een eerste marktonderzoek uit dat de naamsbekendheid van het bedrijf explosief was toegenomen. “Elke keer als Roda scoort, scoort Daewoo”, aldus marketingmanager Paul van Kassel.’ Enkele maanden later flirt het bedrijf via paginagrote advertenties met Europees voetbal. Onze euro service geldt natuurlijk ook in Barcelona, Manchester, Dortmund, Salzburg, Brugge, Lissabon en Milaan.

Een landstitel zit er dan overigens niet meer in. Direct na de winterstop verliest Roda met 5-0 bij PSV, waardoor de achterstand op het ongenaakbare Ajax te groot wordt. Wat rest is Europees voetbal en een uniek plekje in de geschiedenisboeken. Roda is het kleine Gallische dorpje in de stripreeks van Asterix & Obelix dat dapper weerstand biedt tegen het machtige Ajax. De Amsterdammers leggen dat seizoen Bayern München en AC Milan over de knie, maar weten niet te winnen van Casino Salzburg én Roda JC. Het hoogtepunt beleven de Limburgers op 15 februari in stadion De Meer. Onder luid applaus van de Ajax-fans zoekt het elftal van Stevens de kleedkamer op.

‘Dat was een enorm compliment’, weet de trainer. ‘Het was een absolute topwedstrijd, waarbij wij nog een paar bepalende spelers misten. We speelden zoals we dat altijd deden. Aanvallend, een-op-een, risico in het spel. Dat waren ze in De Meer niet gewend. Zelfs het Ajax-publiek genoot daarvan.’

'Na afloop zei Sonny Silooy: "Rijkaard had zó genoeg van die dikke reet van jou"'

Het duel eindigt in 1-1. Doelpuntenmaker: Graef. ‘Dat was wel een avondje. Vooraf had Van Gaal in de media gezegd dat hij onder de indruk was van ons spel. Vooral voor de rust lieten we ook zien waarom. We speelden zo ontzettend goed! Ik stond tegenover Frank Rijkaard. Een ongelofelijk goede speler, een van mijn idolen. Die heeft mij die avond volledig omver getrapt. Sonny Silooy, die volgens mij op de bank zat, kwam niet meer bij van het lachen. Na afloop zei hij: “Rijkaard had zó genoeg van die dikke reet van jou”. Een geweldig compliment natuurlijk.’

Roda sluit het seizoen af met een klinkende 5-0 zege op Feyenoord. Graef maakt zijn zestiende competitiegoal en wordt clubtopscorer. De ploeg uit Kerkrade eindigt met 54 punten op de tweede plaats. Een aantal dat eigenlijk genoeg moet zijn voor een landstitel: in de tien seizoenen daarvoor haalden maar vier kampioenen meer dan 54 punten. Alleen is er die jaargang het Ajax van Van Gaal. Het mislopen van de schaal blijkt geen diepe wond te hebben achtergelaten bij de hoofdrolspelers.

Maurice Graef is als Roda JC-spits in 1995 Feyenoorder Ulrich van Gobbel te snel af.
© Voetbal International
Maurice Graef is als Roda JC-spits in 1995 Feyenoorder Ulrich van Gobbel te snel af.

‘Nee, nee. Wat dat seizoen daar gebeurde, was geweldig voor iedereen bij Roda’, aldus Stevens. ‘De club leefde weer, de mensen waren trots op de stad en de streek. We hadden simpelweg te maken met een te goed Ajax. Het heeft de spelers ook geen windeieren gelegd. Jongens hebben mooie transfers gemaakt en het is ook mijn opstap naar Schalke 04 geweest. We hadden vrede met die tweede plaats.’

Het seizoen 1994/95 levert de Limburgers geen prijs op, maar wel vriendschappen voor het leven. ‘Van alle selecties waarmee ik heb gewerkt, zijn er twee die nog altijd intensief contact hebben met elkaar: Roda en Schalke’, vervolgt Stevens. ‘We hebben een appgroep met al die jongens en ja, de trainer zit daar ook in. Iedereen eigenlijk. De groep komt nog geregeld samen voor een reünie en dan is iedereen van de partij, ook iemand als Kuijer. Dit jaar hadden we eigenlijk ons 25-jarig jubileum moeten vieren. Dat gaat vanwege de coronacrisis niet door. Maar geloof me: dat halen deze jongens nog wel in.’

'Het was een uniek seizoen. Elke week de polonaise, met Nol steevast in laatste positie. Hesp als onze dj met "Dromen zijn bedrog" door de speakers'

Graef onderstreept dat. ‘We hebben gezegd dat we het 25-jarig jubileum goed moeten vieren. Het plan is naar Mallorca te gaan. Doomernik is chef-Mallorca. Dat zal wel wat worden, opnieuw met z’n allen naar Spanje.’

‘Het was een uniek seizoen. Elke week de polonaise, met Nol steevast in laatste positie. Hesp als onze dj met Dromen zijn bedrog door de speakers. Zo’n elftal ontstaat één keer in de zoveel jaar. Roda heeft later twee keer de beker gewonnen, maar dit was misschien nog wel specialer. Sindsdien is Roda altijd op zoek geweest naar het gevoel van dat jaar. Die eenheid, de saamhorigheid. Dat elftal.’

Gerelateerde artikelen