Gouden trio en Eredivisie-invloeden maken Frankfurt dé Bundesliga-verrassing

Vorig seizoen verraste Eintracht Frankfurt vriend en vijand door de DFB Pokal te winnen, waar Bayern München in de finale (3-1) grondig werd weggecounterd door Die Adler. Ook in de competitie presteerde de ploeg van Niko Kovac uitstekend, met een eindnotering op de achtste plaats.

Frankfurt is weliswaar een grote club qua achterban (dit seizoen gemiddeld 48 duizend man op de tribune), maar successen waren schaars in de laatste twee decennia. In de twintig seizoenen voor 2017/18 eindigde Frankfurt slechts vier keer in het linkerrijtje van de Bundesliga - even vaak degradeerde het in die periode.

De angst om slachtoffer van het eigen succes te worden was dan ook aanwezig in Frankfurt afgelopen zomer. Succestrainer Kovac vertrok naar het almachtige Bayern, en met keeper Lukas Hradecky (Bayer Leverkusen), controleur Omar Mascarell (Schalke 04), alleskunner Kevin-Prince Boateng (Sassuolo, inmiddels Barcelona) en buitenspeler Marius Wolf (Borussia Dortmund) verloor het vier sleutelspelers.

Dat Eintracht Frankfurt zich dit jaar alsnog handhaaft in de subtop van de Bundesliga, en vol in de race zit voor een Champions League-ticket, wordt nóg knapper als je de financiën erbij pakt. Frankfurt is in geen enkel opzicht een big spender. Sterker, de huidige selectie is qua totaalbedrag aan transfersommen de op drie na goedkoopste (!) ploeg in de huidige Bundesliga. Het contrast tussen de selectiekosten van de andere Duitse topclubs en Frankfurt is gigantisch.

Hoe ontstijgt Eintracht Frankfurt het bescheiden budget?