Danilo of Santiago Giménez? De discussie over de startende spits van Feyenoord zal richting De Klassieker opnieuw oplaaien. Waar Giménez de harten van het publiek steelt met zijn doelpunteninstinct, is het een minder opvallende vaardigheid die Danilo krediet oplevert bij trainer Arne Slot.
Als iemand weet wat Santiago Giménez dit seizoen meemaakt, dan is het Cyriel Dessers. De Belgische spits die vorig seizoen goud waard was met zijn doelpunten in slotfases, moest lang wachten op een basisplek. Een belangrijke reden daarvoor was dat Dessers in de ogen van Arne Slot te weinig deed in het druk zetten. Het grootste aandachtspunt daarin was wat de Feyenoord-trainer intern soms de ‘negatieve press’ noemt. Slot verlangt van zijn spits dat die middenvelders in de rug opjaagt zodra tegenstanders onder de eerste druk van Feyenoord uitspelen. Dat deed Dessers aanvankelijk minder goed dan Bryan Linssen.
De reden dat Slot zo veel waarde hecht aan dit defensieve werk van een spits, is dat dit een effectieve truc blijkt om de bal te veroveren in de buurt van het vijandelijke doel. Middenvelders laten zich nogal eens verrassen door een aanvaller die uit hun rug komt.
Danilo is de ongekroonde koning van deze pressing. In de zes grootste competities van Europa scoren alleen Kevin De Bruyne en Joshua Kimmich beter op een statistiek die deze kwaliteit meet.
