In naam van Oranje: afrekening met 't Calimero-gevoel

In naam van Oranje: afrekening met 't Calimero-gevoel

data-height="125" data-width="397" data-align="center" data-caption="" src="http://www.vi.nl/upload/abdddcec-0d00-40d7-b4ff-a875e202ee22_image4397019838278675272.jpg" /> Schud mij midden in de nacht in een diepe slaap wakker met de prangende vraag: wat is de meest opwindende wedstrijd die je ooit live hebt gezien en ik zal in één adem antwoorden: West-Duitsland - Nederland, EK 1988. Waarom? Omdat het verder ging dan het spelletje op de grasmat. Voor veel Nederlanders kwam er een einde aan een Calimero-gevoel in een steeds meer verenigd Europa. Afgezien natuurlijk van de prachtige voetbaltriomf.

Na de narrow escape tegen Ierland (1-0) waren de voortekenen niet zo heel gunstig tegen het gastland. Maar een aantal factoren zorgde ervoor dat Oranje op 21 juni zo scherp als een scheermes het veld van het Volksparkstadion betrad.

Toen de selectie van bondscoach Rinus Michels in de havenstad arriveerde bleek de organisatie een ander hotel te hebben gereserveerd dan was afgesproken. Dit lag aan het grote (Alster)meer in de stad. Bovendien had het personeel 's nachts de ramen opengezet met de lichten aan. Vrolijk zoemend kwamen de muggen de spelers tegemoet toen ze intrek namen in de kamers. Duitse journalisten werden door de receptie grijnzend doorverbonden. En het trainingsveld zat vol kuilen.

Michels was echter zelfverzekerder dan ooit. Nadat hij tegen zijn assistent-trainer Nol de Ruiter, die hij steevast Nolowitz noemde, met zijn bekende staccato had gezegd Hier hebben we niet op gè-ré-kend, ging hij over tot de orde van de dag. In Hotel Intercontinental verzorgde Michels een van de meest indrukwekkende persconferenties die ik ooit heb meegemaakt. Het had meer weg van een lezing.

Een uur lang hield hij een referaat over aanvallend voetbal in het Nederlands, Duits, Engels en soms een beetje Spaans. De internationale pers zat met open mond te luisteren. Wij konden moeiteloos een artikel schrijven, maar waren toch jaloers op een Italiaanse journaliste die kennelijk een bijzondere band had opgebouwd met de voor AC Milan spelende Ruud Gullit. Ze werd door de Zwarte Tulp ontboden op zijn kamer. Het was Licia Granello van La Repubblica. Ze schrijft tegenwoordig vooral boeken over eten en drinken.

Volgens De Ruiter heeft Michels de spelersgroep op een bijzondere manier voorbereid op de klus tegen de West-Duitsers. De Sfynx ontdooide tijdens het EK van 1988 en bouwde, mede door zijn droge humor, een bijzondere band op met aanvoerder Ruud Gullit (foto boven).

Oranje zou in de aanloop naar de clash voor de bijna traditionele Michels-wandeling een park aandoen. Maar om de media te ontlopen reed de spelersbus tot verbazing van de spelers naar een verlaten haventerrein. Na een Spaziergang van drie kwartier hield Michels stil bij de vervallen cafetaria Zum Bäcker. De eigenaar was ingeseind, er stond koffie én het gebruikelijke appelgebak klaar.

Eenmaal binnen besloot Michels in de troosteloze ambiance zijn 'wed-strijd-be-spre-king' te houden. Hij draaide aan de muur een vergeelde kalender om en zette daarop met viltstift zijn tactisch plan uiteen. De verbijsterde spelers waren meteen geconcentreerd en luisterden ademloos.

West-Duitsland zou voor eigen publiek wel even de finale veiligstellen. De Duitsers hadden hun bagage achtergelaten in het basiskamp aan de Tegernsee, vlakbij München, waar ze immers toch zouden terugkeren, om in de eindstrijd de titel te veroveren. Het Volksparkstadion zinderde natuurlijk, maar ik kan me geen grimmige sfeer herinneren zoals je dat vaak voelt in het stadion van Bayern München. Het Duitse chauvinisme was in het noorden kennelijk een stuk vriendelijker. Veel televisiekijkers beschouwen de emotionele uitspraak van Evert ten Napel na de zege ('Het Volksparkstadion is van Oranje') als historisch. Dat lijkt me wat te veel eer voor de enthousiaste commentator.

Zelf denk ik vooral terug aan de woorden van Volkskrant-verslaggever Frans Ensink in de rust. We hadden geconstateerd dat Oranje de wedstrijd steeds beter controleerde en dat er iets spectaculairs kon gebeuren. Gevraagd naar het spel van Gullit & Co zei Ensink slechts bedachtzaam: 'Nu moet het maar eens gebeuren.'

Hier zat eigenlijk alles in. Niet zozeer rancune na een verschrikkelijke oorlog, waar de spelers zich volgens mij helemaal niet mee bezighielden. Wel het gevoel dat Oranje een keer een land kon verslaan waar het normaal gesproken nooit van won en waar vol nederigheid tegenaan werd gekeken. Ensink was een exponent van de kritische Volkskrant-verslaggevers. Een voorbeeld voor alle sportjournalisten.

Behalve dan buiten zijn werk. Hij had een drankprobleem en dat werd ook zijn einde. Volgens een anekdote belde Ensink een keer naar de krant dat hij was gestrand op het vliegveld van Parijs en daardoor geen stuk kon leveren. Maar aan het geroezemoes en de rinkelende glazen op de achtergrond wisten zijn collega's dat hij gewoon in een café in de Jordaan zich aan het volgieten was. Niettemin een respectabele sportjournalist die zich op dat moment tegen de lijn van de redactie van zuurpruim Ben de Graaf éénmalig uitsprak vóór Oranje. Het ging mij ook weer te ver dat sommige Nederlandse journalisten op de perstribune stonden te juichen toen Marco van Basten de 1-2 binnengleed (foto boven). Mijn college grinnikte even, het andere uiterste. Het was niet eenvoudig een gelukzalig gevoel te onderdrukken.

Na afloop mochten de media bij Oranje de kleedkamer in. Ik kan me een bomvolle, stokoude ruimte herinneren met opgewonden bobo's in het toen nog niet gerenoveerde stadion. Het was uniek daar tussen Gullit en Van Basten te staan. Maar de uitgelaten sfeer bevorderde niet bepaald het niveau van de uitspraken.

De Duitsers konden ontgoocheld terug naar hun basiskamp om hun spullen op te halen. Als elke oosterbuur na de finale bij Arnhem de grens overging werd nog eens zout in de wonde gewreven door een tekst die levensgroot op een viaduct was gekalkt: Jetzt fahren sie in das Land des Europameisters. Bij de spelers van Oranje was er vooral de voldoening dat zij de generatie van 1974 hadden overtroffen. De Cruijffs en Van Hanegems, die hen tot hun grote ergernis altijd de les lazen. De afrekening begon in het Volksparkstadion. Bestel nu VI 25 in de VI Webshop

Alle gebruikte foto's op VI.nl zijn afkomstig van VI Images.

Bekijk hier al onze video's