Lobanovski: vader van turbovoetbal

Lobanovski is dood. Hoe slecht het de afgelopen jaren ook met zijn gezondheid ging, zijn overlijden kwam toch nog als een schok. Lobanovski was een van de beste trainers die het voetbal heeft gekend. Met het overrompelende turbovoetbal van Dinamo Kiev maakte hij in de jaren tachtig diepe indruk.

Lobanovski: vader van turbovoetbal

Als het totaalvoetbal van Oranje in 1974 een overtreffende trap kent, dan is het Dinamo Kiev geweest in de jaren tachtig. Valeri Lobanovski (op de foto als bondscoach van USSR tijdens het EK in 1988) was diep onder de indruk geraakt van het vernieuwende voetbal dat Nederland zo'n dertig jaar geleden wereldfaam bezorgde. Hij bestudeerde en analyseerde eindeloos duels van Ajax en Oranje en zette zijn bevindingen met hulp van wiskundigen om in modellen. Het grootste resultaat: met een opwindend soort computervoetbal wonnen de Oekraïners in 1986 de Europa Cup voor bekerwinnaars.

Lobanovski concludeerde dat de ploeg die niet meer dan vijftien procent fouten maakt, onverslaanbaar is. Er volgde een speurtocht naar talenten die konden voldoen aan de extreem hoge eisen die hij stelde aan techniek en conditie. In het tweede elftal van Dinamo Kiev testten Lobanovski en zijn team van wetenschappers ongeveer 120 spelers, alvorens over de juiste pionnen te beschikken. Een van de stellingen was dat een topspeler over enorme reflexen moet beschikken. Daar werden de voetballers op getest. Er gaan verhalen, die inmiddels proporties van mythes beginnen aan te nemen, dat Lobanovski fenomenale voetballers heeft afgewezen omdat ze in de reflectietest te laag scoorden.

Met flitsend combinatievoetbal schakelde Dinamo in 1985/86 de eerste ronde van de Europa Cup II FC Utrecht uit. In de eindstrijd kon Atletico Madrid geen vuist maken: het werd door doelpunten van Zavarov, Blochin en invaller Jevtoesjenko 3-0 voor Dinamo in een wedstrijd die meer het karakter had van een demonstratiepartij dan van een Europa Cup-finale. Thuis werd het succes overigens nauwelijks gevierd. Daar heerste kommer en kwel: de nabij Kiev gelegen kerncentrale van Tsjernobyl was een week eerder ontploft.

Die overwinning leidde tevens de ondergang in. Vanaf dat moment werd Dinamo overal ter wereld een veelgevraagde ploeg. De club besloot het succes te gelde te maken en joeg daarmee de wonderploeg over de kling. Ook de organisatie van het Amsterdam-toernooi legde Dinamo vast. Wie er die zondagavond in augustus 1986 bij was zal het nooit vergeten. De eerste wedstrijd van de dag was een zouteloze Ajax-Manchester United en toen de eerste 45 minuten van de tweede partij, Dinamo Kiev-Botafogo, evenmin om aan te zien was, hield driekwart van de 20.000 toeschouwers het voorgezien. De vijfduizend getrouwen in het oude Olympisch Stadion werden echter beloond voor hun geduld. In een onvoorstelbaar tempo met voetbal van een griezelige perfectie denderde Dinamo over de Brazilianen heen. De eindstand van 6-0 weerspiegelde amper de verhoudingen.

Dinamo beheerste de allermoeilijkste variant die het voetbal kent: combineren waarbij elke speler de bal één keer raakt. Dat vereist een ijzeren conditie, een enorm balgevoel en een groot tactisch inzicht. Dat alles bijgebracht door de eindeloze trainingen van Valeri Lobanovski.

Bekijk hier al onze video's