Slechts achttien competitiewedstrijden had Edgar Davids in het seizoen 2003/04 nodig om bij Barcelona een ongekende kentering teweeg te brengen. Wat Frank Rijkaard, Ronaldinho en de Catalaanse topclub te danken hebben aan de Pittbull-maanden.
‘Ik ken het verleden en ik weet wat er afgelopen seizoen is gebeurd. Maar dat interesseert me niets.’ Met die uitspraak introduceert Frank Rijkaard zich op 23 juni 2003 als nieuwe trainer van Barcelona. De voormalige bondscoach van Oranje zet zijn handtekening onder een vierjarig contract in Camp Nou. Barça is na Sparta Rotterdam – dat in 2002 onder hem voor het eerst in de historie uit de Eredivisie degradeerde – de tweede club die Rijkaard gaat trainen.
Rijkaard stapt in enkele weken nadat Barcelona zijn laagste klassering in veertig jaar heeft genoteerd. Louis van Gaal is begin 2003 ontslagen, waarna de grootmacht onder Radomir Antic naar de zesde plaats is gestrompeld. Het is het absolute dieptepunt van een somber tijdperk voor de roemruchte club. Barcelona wacht al sinds 1999 op een landstitel. Niet alleen aartsrivaal Real Madrid, maar ook Valencia en Deportivo La Coruña zijn de Blaugranas nationaal voorbijgestoken. ‘Barcelona is financieel en sportief bankroet’, tekent VI in de zomer van 2003 op.
Gerelateerde artikelen
