
Hoe succesvol kan een fusieclub zijn? Toen SC Enschede en Enschedese Boys in 1965 samengingen in FC Twente, had niemand kunnen durven dromen dat die bvo al in 1975 de UEFA Cup-finale zou bereiken. En op wat voor manier. Een halve eeuw geleden werd het grote Juventus, dat die jaargang voor de zestiende keer de Italiaanse landstitel zou pakken, in eigen huis volledig van de mat getikt.
Geen Tukker die zich rijk rekent na de 3-1 winst aan de J.J. van Deinselaan. Zeker captain Epy Drost niet, die zichzelf de tegengoal van de sluwe, 36 jaar oude vos José Altafini aanrekent. Waarom was hij in ’s hemelsnaam zo frivool ten aanval getrokken terwijl het al 2-0 stond? ‘Nu met die Italiaanse treffer geef je Juventus toch de mogelijkheid om er in Turijn nog iets aan te doen’, baalt hij in gesprek met Tubantia. ‘En dat is dan mijn schuld…’
De helden van Twente worden op een welgemeend applaus getrakteerd. Honderden tifosi nemen zelfs de moeite dat uren later bij de spelersbus nog eens te herhalen
Nog eens negentig minuten later, ditmaal in een afgeladen Stadio Comunale, halen Drost en zijn ploegmakkers opgelucht adem. Sterker: waarom hebben ze zich nou zo druk gemaakt? Tijdens een indrukwekkende demonstratie van modern voetbal wordt De Oude Dame dermate gekleineerd dat Tuttosport zich de volgende dag op de voorpagina afvraagt of ze niet toevallig in slaap was gesukkeld. De fanatieke aanhang voorziet het sterrenensemble van een snerpend fluitconcert en maakt ze uit voor ‘bidoni’, vrij vertaald: nietsnutten. Om de helden van Twente vervolgens op een welgemeend applaus te trakteren. Honderden tifosi nemen zelfs de moeite dat uren later bij de spelersbus nog eens te herhalen.
Deze dinsdag is het exact zestig jaar geledendat de fusieclub FC Twente ’65 werd gedoopt. Bovendien vervolgt de ploeg van trainer Joseph Oosting donderdag het Europa League-seizoen. Reden genoeg om met de tijdmachine terug te gaan naar die wonderschone 23ste april van het jaar 1975.