Lisandro Martínez was dinsdag in het Champions League-duel met Lille (3-0) één van de uitblinkers. Achter de frivole aanvallers voelt de 21-jarige Argentijn zich dit seizoen als controleur en verdeelstation op het middenveld steeds comfortabeler.
Circus Ajax, zo noemde Erik ten Hag zijn ploeg gisteren toen zijn aanvallers zich bij een comfortabele voorsprong tegen Lille naar harte lust uitleefden. Zidaantjes, panna’s en hakjes waren in de eerste Champions Leaguewedstrijd regel in plaats van uitzondering. De oeh’s en ah’s rolden van de tribunes in de Johan Cruijff Arena. Ten Hag genoot er net als het publiek en de spelers in het veld van, maar de trainer waarschuwde direct dat zijn team er niet in door moest slaan.
Want telkens als dat wel gebeurde, er balverlies volgde omdat de bal niet lang genoeg in de ploeg werd gehouden, konden de Fransen gevaarlijk worden. De Ajacieden waren met een grote lach op hun gezicht na de afgetekende overwinning unaniem schuldbewust. Zonder uitzondering zeiden ze allemaal dat de frivoliteiten functioneel moeten blijven en niet moeten worden overdreven.
Gelukkig voor Ajax keepte André Onana zeer sterk, speelde centrale verdediger Joël Veltman een hele goede wedstrijd en hebben de Amsterdammers Lisandro Martínez op het middenveld staan.
Ieder circus heeft een regisseur nodig. Eentje die de kunstenaars voorin niet alleen stuurt en aan het werk zet, maar ook iemand die ingrijpt als de artiesten voorin zo speels bezig zijn dat ze steken laten vallen terwijl ze de organisatie uit het oog zijn verloren. De Argentijn Martínez is - samen met zijn Mexicaanse kompaan Edson Álvarez – meer en meer het vangnet van Circus Ajax.
