Voor het Nederlandse voetbal moet 2019 het jaar van de definitieve wederopstanding worden. Welke ontwikkelingen zijn er gaande? En wat ligt in het verschiet? VI nodigde bondscoach Ronald Koeman en de trainers van de topdrie, Mark van Bommel (PSV), Erik ten Hag (Ajax) en Giovanni van Bronckhorst (Feyenoord), uit voor een uitgebreid diner in Utrecht. Deel 2 van het openhartige tweeluik.
Ze hebben voor 2019 allemaal hun eigen stip aan de horizon. Bondscoach Ronald Koeman wil zich met Oranje plaatsen voor het EK en straks in juni schitteren tijdens de Final Four-finale van de Nations League. Mark van Bommel hoopt zijn eerste seizoen als hoofdtrainer van PSV te bekronen met de landstitel. Erik ten Hag jaagt met Ajax nog op drie fronten op een felbegeerde prijs en speelt volgende maand met Ajax de achtste finale van de Champions League tegen Real Madrid, terwijl Giovanni van Bronckhorst met Feyenoord de KNVB-beker hoopt te prolongeren.
Nadat de vier toptrainers in het Kerstnummer van VI hebben teruggekeken op 2018, is nu het vizier gericht op 2019. Zet de ontwikkeling van talentvolle spelers zich dit jaar door? Komen we eindelijk van dat kunstgras af? Gaat de VAR zijn werk goed doen? En, misschien wel de belangrijkste vraag: is het Nederlandse voetbal daadwerkelijk terug op het niveau waar het ooit was? Als trainers van de topclubs en bondscoach van het Nederlands elftal, hebben Erik ten Hag, Mark van Bommel, Giovanni van Bronckhorst en Ronald Koeman een hand in de ontwikkeling van ons voetbal, of wordt de invloed van coaches juist overschat?
Gerelateerde artikelen