
Feyenoord verspeelde tegen PSV een 2-0 voorsprong, maar de nederlaag (2-3) is er een zonder consequenties, want de voorrondes van de Champions League lonken. Niettemin is er nog genoeg werk te verzetten voor trainer Robin van Persie.
‘Het was ook niet dat Feyenoord zich nou onder de druk uit wist te spelen, of zo. Ze schoten de bal gewoon maar naar voren.’ De analyse van Man of the Match Noa Lang was misschien een beetje ingegeven door rancune, de buitenspeler was het mikpunt van een deel van de Feyenoord-aanhang voor het duel met PSV, maar toch school er ook een kern van waarheid in de woorden van Lang.
Wat niet klopte: Feyenoord schoot niet zomaar alle ballen blind naar voren. De hele week trainde de ploeg wel op het hanteren van de lange bal, een manier om onder de druk van PSV uit te komen en zo de aanvallers in een één-tegen-één-situatie te kunnen brengen. Dat lukte bij de eerste goal, toen Igor Paixão zijn directe tegenstander Richard Ledezma verraste en ook bij de 2-0, toen Feyenoord snel schakelde en de opkomende Givairo Read rustig bleef voor Walter Benítez. Op de voorsprong van Feyenoord viel niets af te dingen. De ploeg van trainer Robin van Persie had niet per se vaker de bal, maar was wel scherper dan PSV. Ook een manier om een topwedstrijd te kunnen winnen.