
Dat FC Den Bosch in de halve finale van de play-offs staat, is op zichzelf al een compliment waard. De wijze waarop de ploeg van Ulrich Landvreugd het vrijdag voor elkaar kreeg is dat nog veel meer. Na 113 minuten catenaccio sloegen de Bosschenaren genadeloos toe tegen SC Cambuur, dat zo als nummer drie van de Keuken Kampioen Divisie na twee play-offduels strandde.
Met een grote grijns op hun gezicht keerden de spelers van FC Den Bosch vrijdagavond terug in de catacomben van het Kooi Stadion, het nieuwe onderkomen van SC Cambuur. ‘Zo, deze was smerig, zeg’, liet een van hen ontvallen. Dat Cambuur-trainer Henk de Jong gekscherend de politie wilde inschakelen vanwege de diefstal van de overwinning vond men bij Den Bosch niet eens helemaal onterecht. Feit is dat Cambuur in de eerste ronde van de play-offs meer van zichzelf verloor dan van Den Bosch. Over twee wedstrijden losten de Leeuwarders 48 schoten, die maar één doelpunt opleverden.
Den Bosch kwam met een duidelijke missie naar Leeuwarden. De 1-0 zege uit de heenwedstrijd moest met hand en tand worden verdedigd. Zo keken de toeschouwers meer dan negentig minuten naar eenrichtingsverkeer, waarbij Cambuur een bres probeerde te slaan in de Bossche verdedigingsmuur. De neutrale kijker zal zich lange tijd hebben afgevraagd met welk idee Den Bosch naar Leeuwarden was gekomen. Met puur tegenhouden riepen de bezoekers het onheil immers over zichzelf af.
‘We hadden een strijdplan: compact houden en zo min mogelijk weggeven’, vertelde trainer Ulrich Landvreugd. ‘Alle druk lag bij hen. In de thuiswedstrijd klaagden ze over het veld dat niet nat genoeg was. Nu waren alle ingrediënten aanwezig voor ze. Gesproeid, echt gras en zij moesten thuis een achterstand goedmaken’, vervolgde Landvreugd met een kleine sneer naar Cambuur-aanvoerder Mark Diemers, die na de heenwedstrijd klaagde dat het kunstgrasveld in De Vliert erg droog was.