
Drie jaar lang heeft Feyenoord onder Arne Slot gewerkt aan een speelstijl die gebaseerd is op 'pressen en omschakelen'. Dat begint in de ogen van de huidige Liverpool-manager met harder werken en meer lopen dan de tegenstander. Van dat uitgangspunt is dit seizoen bij Feyenoord weinig terug te zien.
‘We staan waar we staan omdat jullie elke dag ontzettend hard werken.'
Na de 3-2 zege op Ajax in het kampioensjaar verkondigde Arne Slot met zijn eerste woorden in de kleedkamer een bekende boodschap. De trainer die in De Kuip een nieuw tactisch evangelie introduceerde, herhaalde tot vervelens toe wat nodig was om zijn attractieve voetbal te spelen. Spelers moesten fit zijn en meer lopen dan de tegenstander. In de woorden van Slot: 'Terugsprinten, hard werken en vuil werk doen.'
Of Slot nu direct met zijn spelers communiceerde of via de media: steeds keerde hij terug naar de basis van 'keihard werken'.
Brian Priske gelooft op dit gebied in dezelfde uitgangspunten als Slot. Al vanaf zijn eerste interview in Rotterdam-Zuid spreekt hij over het belang van 'intensiteit'. Alleen was daar in de allesbepalende kraker tegen Ajax op het veld bijzonder weinig van terug te zien.
De beelden liegen niet.
In liefst zeven kansrijke situaties (!) van Ajax werden spelers van Feyenoord simpelweg eruit gelopen. Het meest zorgwekkende: dat gebeurde zelfs door voetballers als Steven Berghuis en Wout Weghorst, die zeker niet betiteld kunnen worden als snelheidsduivels.