De Feyenoorder die ook bij Ajacieden geliefd is
József Kiprich is al ruim 25 jaar niet meer actief voor Feyenoord, maar nog altijd wordt de Hongaar op handen gedragen in Rotterdam-Zuid. Zelfs bij Ajax-fans kan de oud-spits weinig verkeerd doen, zo vertelt zijn zoon Dani.
In VI 53, de laatste van 2020, had een uitgebreide reportage moeten staan over een bezoek aan Hongarije, waar Kiprich op de hoogte zou worden gebracht van het feit dat hij in de zomer werd uitgeroepen tot de grootste Nederlandse cultvoetballer aller tijden. Dat ging door de coronaregels logischerwijs niet door.
We spraken Kiprich telefonisch (meer daarover in dit PRO-verhaal) en legden ook contact met zijn zoon Dani, die trots is op de prestaties van zijn vader.
'Ik heb ook de videobanden honderd keer bekeken. Net zoals hij altijd deed. Het kampioenschap, de bekers, maar vooral de supporters, dat stadion', vertelt Kiprich junior. 'Ik ga er zelf nu ook naartoe als ik kan. Natuurlijk had hij heimwee. Hij is hier veel groter dan thuis, dat merk ik nu ik hier werk ook. Zodra ik mijn achternaam noem, is het raak. Echt niet normaal, in Nederland kent iedereen hem nog steeds. Ook bij supporters van Ajax is het altijd positief.'
Kiprich won gedurende zijn dienstverband bij Feyenoord (1989-1995) onder meer de landstitel in 1993. Met achttien treffers was De Tovenaar van Tatabanya de clubtopscorer in dat seizoen.
Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.
Login