Peter Hyballa kwam na vijf razendsnel beëindigde trainersklussen in een diep dal te zitten, maar klom daar met externe hulp uit en is nu dolgelukkig met een nieuwe kans bij NAC Breda. Over de verrassende en veel losmakende rentree van Mister Gegenpressung in het Rat Verlegh Stadion. 'Ik weet dat ik moet vechten tegen een bepaald beeld. Maar goed, dat moet ik mijn hele leven al.'
Hij moest even slikken, vrijdagavond rond de klok van half acht. Peter Hyballa kwam voor aanvang van de thuiswedstrijd tegen Jong AZ uit de catacomben van het Rat Verlegh Stadion en keerde terug op het veld, waar hij direct hartstochtelijk werd toegejuicht door duizenden dolenthousiaste NAC-supporters.
Het raakte Hyballa, het deed hem goed. 'Ik ben koel gebleven, maar van binnen was het heel emotioneel', vertelde de Duitse trainer na afloop van de klinkende 5-1 overwinning op de Alkmaarse belofteploeg. 'Kijk, ik ben geen Ton Lokhoff, en dat zal ik ook niet worden, maar NAC is toch een beetje als mijn club gaan voelen. Toen ik hier tweeënhalf jaar geleden ontslagen werd, was dat ook echt heel erg zwaar voor mij. Dat ik hier nu weer mocht staan, voor deze supersupporters, had ik rond oud en nieuw ook niet kunnen bedenken. En natuurlijk doet het dan wat met me, als ze mijn naam scanderen en me zo verwelkomen. Ik heb dit heel erg gemist, ja, absoluut. Het is fijn om hier weer terug te zijn.'
Hyballa praat vol liefde over NAC, de club waar hij het in zijn eerste dienstverband toch maar een paar maanden volhield. De coach had mede door de coronastop in het seizoen 2019/20 slechts bij zeven wedstrijden van De Parel van het Zuiden op de bank gezeten en werd in juli weggestuurd na een interview waarin hij toenmalig technisch manager Tom Van den Abbeele (die zelf overigens ook geslachtofferd werd) verbaal aanviel.