Fortuna Sittard: geen toekomst, maar een fraaie historie

data-height="90" data-width="80" data-align="clear" data-caption="" src="http://www.vi.nl/upload/b6870aba-97a9-423e-8e1e-4a1943609511_image2982391676041215021.gif" /> 'De toekomst is aan Fortuna Sittard', kopte VI nog in 1999. De club stond op het punt de Baandert te verlaten, om haar nieuwe onderkomen te betrekken. 33 miljoen gulden had het gekost, naar een naamgever werd gezocht. 'Het afscheid roept emoties op, maar die zijn niet overdreven omdat we weten wat we terugkrijgen', merkte directeur Jacques Opgenoord op. Mark van Bommel was dan weliswaar vertrokken, maar Kevin Hofland en trainer Bert van Marwijk nog niet.

Alles wat de club in het verschiet leek te liggen, waren gouden bergen. Toch beloofde de club niet een te grote broek aan te zullen doen. Maar: 'Binnenkort is er in Limburg nog maar plaats voor twee clubs en Fortuna wil daar zeker bij horen', sprak Opgenoord.

Nauwelijks tweeëneenhalf jaar later. 'Amateurisme bedreigt bestaansrecht Fortuna Sittard', bloklettert Voetbal International aan het begin van 2002. Hoe het zo snel mis heeft kunnen gaan? Vier trainers in anderhalf jaar, financiële malaise en een falend aan- en verkoopbeleid. Kortom: mismanagement. Jacques Opgenoord, die in de Baandert jarenlang verantwoordelijk was geweest voor commerciële én technische zaken, was op dat moment al opgestapt. 'De problemen waarmee Fortuna nu te kampen heeft', concludeerde Mr. Paul Boels, 'zijn ontstaan doordat de club de laatste tijd met het aantrekken van spelers én trainers niet de juiste keuzes heeft weten te maken.' Boels was bijna dertig jaar lang verbonden aan de club. Ergo: zo'n beetje van haar ontstaan in 1968. Het gesternte was al niet bijster gunstig. Fortuna Sittard(ardia Combinatie) was ontstaan op de (financiële) puinhopen van Fortuna'54 (uit Geleen) en Sittardia. Beide roemruchte clubs degradeerden dat jaar en geen van beide clubs had nog een cent te makken. 1968 was voor Sittard en omgeving sowieso een rampjaar: Willy Dullens, het grootste talent dat Limburg ooit voortbracht en kind van Sittardia, moest al op 23-jarige leeftijd een punt achter zijn carrière zetten.

Willy Dullens ('Ik kon er nooit zo goed tegen wanneer ze zeiden dat Cruijff beter was dan ik') was in de voorbereiding op het seizoen 1966/'67 zwaar geblesseerd geraakt aan zijn knie. Hij was echter zeker niet de enige vedette die in De Baandert en het Maurits Stadion zijn opwachting had gemaakt. Toen de Limburger Gied Joosten begin jaren vijftig het betaalde voetbal initieerde, deden vele grote namen Zuid-Limburg aan.

Zo lieten Cor van der Hart (Lille), Frans de Munck (1. FC Köln), Bram Appel (Stade Reims) en Faas Wilkes (Levante) zich stuk voor stuk naar Geleen lokken. Wie topvoetbal wilde zien, moest naar het uiterste zuiden van Nederland.

Ook Jan Notermans toog naar Fortuna'54. Hij was afkomstig van... Sittardia. 'En dat namen ze me in Sittard niet in dank af', aldus Notermans. De prijzenkast van beide clubs bleven overigens bijna leeg. Fortuna'54 pakte slechts twee maal (1957, 1964) de beker. Een landstitel, ondanks een surplus aan kwaliteit, zat er nimmer in. Daarvoor speelde de ploeg door de week her en der in Europa te veel demonstratiewedstrijden. Notermans: 'We waren vooral een glamourelftal. We speelden overal, tegen alle grote ploegen. Real Madrid, Rode Ster, Bayern München... Zeventig tot tachtig wedstrijden per jaar speelden we, puur voor het geld.'

Fortuna SC kon nimmer in de voetsporen van z'n voorgangers treden. Zo degradeerde de ploeg een jaar na de fusie prompt naar de eerste divisie. De prijzenkast van de Baandert zou ook immer leegblijven, al was de club in 1984 (Feyenoord, 1-0 verlies) en 1999 (Ajax, 2-0 verlies) dicht bij de KNVB-beker. Grote voetballers bracht de club vanaf het midden jaren negentig wél weer voort. De internationals Fernando Ricksen, Mark van Bommel en Kevin Hofland kwamen stuk voor stuk tot wasdom in de jeugdopleiding van Fortuna.

Zomer 2002. Fortuna Sittard is gedegradeerd en het geld dat de voornoemde toppers opbrachten is er niet meer. Dat werd gestoken in het Wagner & Partners Stadion (straks leeg?), de verkeerde spelers en afkoopsommen van mislukte trainers. De schuld is in Sittard inmiddels opgelopen een kleine twaalf miljoen. Euro, welteverstaan. De club probeerde de arbitragecommissie dinsdag nog te overtuigen dat het wel degelijk toekomst heeft. Of het daarin is geslaagd, is hoogst twijfelachtig. 'De club had beter failliet kunnen gaan', kreeg Fortuna te horen van Mart Franken, voorzitter van de commissie.

Bekijk hier al onze video's